De verdediging van het buitenbeloop van de Haringvlietdam m tot een juiste bepaling te komen van de v rdediging van een buitenbeloop is het in t t algemeen nodig te weten van welke te rwachten waterstand men moet uitgaan, at, met andere woorden, het ontwerppeil i van de betreffende dam. Het ontwerppeil v ordt afgeleid uit het basispeil. De waterstan- i n die volgens de berekeningen van de jltacommissie statistisch gezien een kans r aken eens in de 10.000 jaar te worden srschreden, worden basispeilen genoemd. zijn niet overal in ons land gelijk. Aan peilschaal te Hoek van Holland bedraagt t basispeil N.A.P. 5,00 m. Om van het sispeil tot het ontwerppeil te komen wordt erzijds een toeslag ingevoerd met het oog het stormvloedstandverhogend effect dat i :n toekent aan de afsluiting van de zee- men, en anderzijds in sommige gevallen n reductie toegepast op grond van econo- sche overwegingen. Voor de ontwerppeilen n zuiden van Hoek van Holland mag een 5 maal zo grote overschrijdingsfrequentie orden aangenomen, wat voor het Haringvliet erkomt op een reductie met 30 cm ten rzichte van het basispeil. Het Rapport van Deltacommissie geeft voor de zeezijde n de Haringvliet aan: isispeil N.A.P. 5,20m verwachten verhoging t.g.v. de afdamming 10 m onomische reductie 0,30 m iwerppeil bijgevolg N.A.P. 5,30 m. zien de ligging van de dam ten opzichte v i de noordwesterstormen en zijn plaats i net Haringvliet, zal de glooiing worden b otgesteld aan een zware golfaanval. De g fhoogte kan bij waterstanden boven N.A.P. 1,50 m oplopen tot 2,50 m. Bij waterstan den tussen N.A.P. 1 m en N.A.P. 1,50 m kunnen nog golven voorkomen met een hoogte van 1,50 m. Bij het maken van het ontwerp kon in begin sel worden gekozen uit twee typen glooiin gen: een gesloten glooiing, bestaande uit met gietasfalt gepenetreerde stortsteen of een open glooiing, bestaande uit een filtercon structie. Bij modelonderzoek van de gesloten constructie met behulp van het elektrisch analogon bleek dat de overdrukken onder de bekleding tot hoge waarden kunnen oplopen. Om die opwaartse drukken te kunnen weer staan zou de taludbekleding zeer dik moeten worden uitgevoerd, en daardoor duur worden. De ongunstige effecten van een gesloten onderwaterbeloop zouden zich bovendien ook manifesteren in het bovenwaterbeloop. Met het oog op deze bezwaren is gekozen voor een open glooiing van 4 m beneden tot 5,60 m boven N.A.P. De resultaten van het onderzoek wezen namelijk aan dat hogerop zonder bezwaar een gesloten asfaltbetoncon structie kon worden toegepast. Tot N.A.P. 5,60 m krijgt de glooiing een helling van 1 5: dan gaat ze over in een stormvloedberm onder een helling van 1 30, en van af de stormvloedberm tot N.A.P. 14 m krijgt ze een helling van 1 4. Voor het bepalen van de steengraderingen in de filterconstructie die een stabiele glooi ing kunnen garanderen, werd gebruik ge maakt van de formule van Hudson, die de relatie tot uitdrukking brengt tussen het ver eiste gewicht van een steen en zijn soortelijk gewicht, de golfhoogte, het s.g. van het wa ter en de hellingshoek van het betreffende talud. Rekenend met een helling van 1 5 en een 145

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1970 | | pagina 35