wm meen zullen ze van betrekkelijk beperkte aard zijn. Van te voren behoefden er dan ook nergens extra maatregelen te worden getrof fen tegen erosie of aanzanding. Men meent het verloop van de reacties rustig te kunnen afwachten, en ze pas met maatregelen tegemoet te moeten treden wanneer ze zich aandienen. Een belangrijk middel om ongewenst erosie te bestrijden is het vastleggen van een rivier bodem met behulp van een laag grind, dat veel meer weerstand biedt aan de sleepkracht van de getijstroom dan het fijne bodemzand. Een laag van enkele decimeters dikte volstaat al om het zand vast te houden. In dezen kan men profiteren van de ervaringen die met dit hulpmiddel zijn opgedaan bij de uitvoering der Deltawerken. Grind is als bodembescher ming veel goedkoper dan welk zinkstuk ook, en heeft bovendien het voordeel dat er rustig in geankerd kan worden, zonder dat dit de bodembescherming aantast. Bodembescher mingen van grind zijn ook buiten de Delta werken al uitgevoerd in het noordelijk Delta bekken, namelijk bij het vastleggen en ver- ondiepen van de bodem van de Nieuwe Waterweg. Een tweede vraagstuk vormde de ijsafvoer. Het ijs dat zich tijdens strenge vorstperioden vastzet op de grote rivieren, kan door kruien en barrièrevorming gevaar gaan opleveren voor de rivierdijken. Dit probleem betreft voor al de Waal, die het grootste deel van de Rijn- afvoer verwerkt, en die dus als de dooi invalt zoveel mogelijk van belemmerend vastzittend ijs moet zijn bevrijd, om zijn taak te kunnen vervullen. Wil men het gevaar van doorbraak der rivierdijken bestrijden, dan zal men het ijs op de grote rivieren zo lang mogelijk 201

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1970 | | pagina 35