lijke, en de bodem ter plaatse van de bodem beschermingen bij beide. Daar radiografische plaatsbepaling ten gevolge van de vele ob stakels in de sluitgaten onbetrouwbaar is, worden de peilingen op optische kenmerken georiënteerd. Er wordt gebruik gemaakt van een combinatie van raaien en cirkelbogen, dat vooraf in tekening is gebracht, zodat de gegevens van een peiling onmiddellijk na afloop tot N.A.P. herleid en ingetekend kun nen worden, hetgeen tijdrovend rekenwerk voorkomt. De vaste punten die de basislijn vormen van het stelsel van cirkelbogen, zijn in het terrein door duidelijk zichtbare masten aangegeven. Het is van belang dat de pei lingen tijdens de blokkering van de sluitgaten worden uitgevoerd loodrecht op de as van de drempel. Men werkt daartoe volgens waaier vormige raaienstelsels en cirkelbogen. De richting van de raaien wordt vastgelegd met behulp van een verafgelegen vast punt en een tussengelegen verplaatsbaar punt. Het vaste punt ligt een of twee km van het sluitgat ver wijderd, ten einde de raaien zo recht mogelijk de drempel te laten kruisen. Als tussen gelegen punt fungeert een sloep die even wijdig aan de drempel verhaalbaar is langs een staaldraad. De plaats van een peilvaar- tuig in de raai zal bepaald worden door middel van cirkelbogen. Door de plaatsing van de caissons en door de geleidelijke sluiting zal het verticaal getij oostelijk van het damtracé veranderingen ondergaan. De werkelijk optredende verande ringen zullen een uitspraak opleveren over de nauwkeurigheid van de uitkomsten van zowel het hydraulisch model als de Deltar en de computer. De waterstanden die tot dit doel gemeten worden aan de peilschrijvers te Brouwershaven, Ouddorp en Grevelingen- West, zullen per telefoon worden overgebracht naar 's-Gravenhage en daar op recorders worden geregistreerd. Ze kunnen dan onmid dellijk worden vergeleken met de uitkomsten van modelproeven en berekeningen. Mochten er significante afwijkingen in voorkomen, dan moeten er correcties in de modellen worden aangebracht die een betere benadering van de werkelijkheid opleveren. Waarschijnlijk zullen in hoofdzaak de waarden van de afvoer- coëfficiënten in het noordelijk en het zuidelijk sluitgat gedurende de sluitingsoperatie moe ten worden aangepast. Tijdens de sluitingen zullen trouwens ook in de natuur debiet- metingen worden uitgevoerd ter bepaling van de afvoercoëfficiënten der sluitgaten en van de caissons. Voorafgaand aan de berekeningen ten be hoeve van de afsluitingen in het Brouwe havense Gat zijn de modellen eerst geijl op een in de natuur gemeten toestand, i materiaal van de ijking werd ontleend ar uitvoerige stroommetingen en visuele we standsmetingen op 26 en 27 oktober 196| De stroommetingen vonden plaats in het tracé en in een verder naar binnen gelee raai. Metingen van het verticaal getij wer gedaan in een reeks van punten versprei over het Brouwershavense Gat en het Grevelingenbekken, zoals fig. 1 nader aa geeft. De resultaten van de metingen in c natuur zijn in de figuren 7a, b en c vergele met de overeenkomstige resultaten van t hydraulisch model, de Deltar en de comp De ijkingsresultaten geven een goede ov eenstemming te zien tussen de berekenir en de metingen in de natuur. Bovendien den bij die gelegenheid vrijwel identieke komsten gevonden van de berekeningen de computer en van het elektrisch analoc die werkten volgens dezelfde rivierschem seringen. Een aantal speciale maatregelen werd nc genomen ter beveiliging van de caisson- convooien. Bij het bouwdok te Zonnemaii zullen stroommetingen worden verricht oi vast te stellen wat het meest geschikte o; blik is voor het uitvaren van een caissons Voorts zal bij elk caissontransport een mi boot uitgerust met radar, echolood en dei plaatsbepalingsapparatuur voor de sleep varen, volgens een vooraf op zijn trackplc ingetekende vaarroute. Bij slecht zicht zal convooileider mondelinge aanwijzingen ki gen over zijn vaarroute met behulp van e( mobilofooninstallatie. Bovendien wordt ell convooi gevolgd door een vaste radarpos De centrale commandopost voor de caiss manoeuvres is gevestigd op een aan het s gat grenzend damgedeelte. Daar komen a getijregistraties en stroommeetgegevens t nen, alsook de uitkomsten van de model berekeningen. Op dagen dat er een caissc wordt geplaatst, worden de voor de mano' vres relevante gegevens naar de caisson overgeseind; alle binnenkomende gegever kunnen worden weergegeven op borden. Convooileider en directie worden ter plaat steeds over de hydraulische aspecten voo gelicht door op het convooi meevarende d kundigen. 240

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1971 | | pagina 26