regelmatig signaal door, dat correspondeerde Het sluizencomplex in het met de hoogte van de tegen de schuiven Haringvliet, met daarachter de terugkaatsende golven. De golfhoogte op het eilanden Goeree en Schouwen Haringvliet bedroeg ongeveer 1 m. De afge drukte foto's, opnamen van het Waterloop kundig Laboratorium, hebben betrekking op de storm van 19 oktober. De golven op het Haringvliet waren toen vrij laag, doordat het stormveld zich op het noordelijk deel van de Noordzee bevond. Men ziet golfoverslag over de schuiven, maar geen opspuitend water (spray). Naar alle waarschijnlijkheid zal spray slechts te verwachten zijn bij het optreden van drukpieken op de schuiven. Zolang de drukdozen een regelmatig signaal blijven pro duceren, komt spray niet voor. De weersomstandigheden hebben meer be zienswaardige meetresultaten onmogelijk ge maakt. Wel kan worden vastgesteld dat het instrumentarium goed werkt. Dit geldt zowel voor de drukdozen, rekstroken en versnellings meters als voor de registratie-apparatuur. In de komende winter zullen wellicht extreme weersomstandigheden optreden. In elk geval wordt dan het aantal soorten waarnemingen uitgebreid: de golflengte vlak voor de schui ven zal met behulp van een stappenbaak worden gemeten, en met radarapparatuur zul len vanaf pijler 8 bewegingsrichting en even tueel de kamlengte van golven worden ge registreerd. De hinder bij storm voor het wegverkeer, voornamelijk in de vorm van windstoten en van spray, is voor zover de afgelopen winter toeliet dienaangaande conclusies te trekken, erg meegevallen. Spray kwam niet voor, wind stoten wel. Gezien de ligging van de sluis is de windsterkte echter niet extreem. In het algemeen zal het wegverkeer ook tijdens storm van de sluis gebruik kunnen maken. 330

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1971 | | pagina 34