De torens van de kabelbanen over de drie sluitgaten in de Oosterscheide Ingevolge een in 1971 genomen besluit zullen de sluitgaten in de dam door de Oosterscheide worden afgedicht met behulp van kabelbanen. De afsluiting zal een ge zamenlijke inspanning zijn van verschillende diensten van de Rijkswaterstaat, namelijk de Deltadienst, de directie Bruggen en de directie Sluizen en Stuwen. De Deltadienst heeft te zorgen voor de bouw van de afsluit- dam en de bescherming van de bodem. De taak van de directie Sluizen en Stuwen bestaat in de bouw van twaalf kabeltorens en van de betonnen walinsfailatïes, en in de vervaardiging van betonblokken. De directie Bruggen realiseert de pyloonkoppen, de vaste rails, de kabels en het mechanische gedeelte en de gondels. De drie sluitgaten waarover de kabelbanen zullen lopen, zijn: de Hammen, tussen het vasteland van Schouwen en het werkeiland Roggenplaat; de Schaar van Roggenplaat, gelegen tussen de werkeilanden Roggenplaat en Neeltje Jans; en de Roompot, die ligt tussen het werkeiland Noordland en het vaste land van Noord-Beveland. Zoals de lezer bekend zal zijn, werd reeds eerder, in 1972, een damgedeelte aangelegd tussen de werk eilanden Neeltje Jans en Noordland, waarmee de stroomgeul Geul werd afgesloten. Over elk der drie overgebleven sluitgaten zal een afzonderlijke, op zichzelf staande kabel baan worden gebouwd. De ontwerpen van de kabelbanen over de Hammen en de Schaar van Roggenplaat wijken in opzet weinig af van het ontwerp dat is uitgevoerd voor de kabelbanen over het Brouwershavense Gat. Wederom is uit gegaan van een evenwichtssysteem, waarbij de spanning in de kabels bij verschillende belasting steeds nagenoeg dezelfde blijft, en waarbij gebruikt wordt gemaakt van een vaste verankering aan de ene zijde en een beweeg baar contragewicht aan de andere zijde van elk der twee kabels die samen een kabelbaan vormen. De twee kabels van de kabelbaan over de Roompot bestaan daarentegen elk uit twee gedeelten. Deze twee kabelgedeelten komen bijeen bij toren 4, en hebben daar hun vaste verankering, terwijl de kabeleinden aan contragewichten zijn verbonden. Opnieuw zullen aan iedere zijde van elke kabelbaan vaste railgedeelten worden gemonteerd waarin draaischijven zijn opgenomen om de gondels van de ene op de andere kabel te brengen. In het hiernavolgende zal verder worden in gegaan op het tot stand komen van het ont werp voor de draagtorens in de Ooster scheide, die qua constructie aanmerkelijk zullen afwijken van de ontwerpen die eerder werden toegepast bij de afsluitingswerkzaarr heden in het Deltagebied. Aangezien het mogelijk is de torens op ver schillende wijzen te bouwen, waarbij men zich de constructie zowel kan denken in beton als in staal of in een combinatie van beide, leek het uit een oogpunt van prijs bepaling niet verstandig, één ontwerp van dt Rijkswaterstaat bij voorbaat aan de gegadigc aannemers voor te schrijven, zonder kennis te hebben genomen van andere mogelijk heden, die wellicht in de ogen van de aan nemers de voorkeur verdienden. Bij deze uitzonderlijke constructies hangt het ontwer mede sterk af van het bij de uitvoering te 134

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1973 | | pagina 24