De kabelbanen over de Oosterschelde De ie sluitgaten van de Oosterschelde zul i worden gedicht met betonblokken, die eels per schip, deels vanaf kabelbanen in I t werk worden gebracht. In t vorige Bericht werd vooral de con- str tie van de draagtorens besproken, wa In de kabelbanen zullen worden op- ge> ngen. He iu volgende artikel is gewijd aan een me gedetailleerde bespreking van de kal Is, de pyloonkoppen, de vaste rail- ge: elten en de gondels, het aandeel dus dal :le directie Bruggen van de Rijkswater- sta levert in het kabelbaanproject. Ga ide van noord naar zuid treffen we vol ns het ontwerp achtereenvolgens een kat ibaan aan van 1700 m lengte - over de ammen - dan een van 1300 m - over de chaar-van-Roggen - en ten slotte een ba; van 2500 m lengte, die die Roompot ove ;pant. Bij de sluiting in 1978 moeten dez drie kabelbanen tegelijkertijd in bedrijf zijn Het is wel in te zien dat elke niet- sim itane sluitingsprocedure tot onaan- vas 'bare stromingen zal leiden in het over- get. ;ven gat. De drie banen komen in bec ;sel overeen met die welke eerder dienst de: n bij de afsluiting van de Grevelingen, het taringvliet en het Brouwershavense Gat. Elk baan bestaat uit twee kabels die op afs. nden van ongeveer 400 m door torens wo en ondersteund, en waarlangs de gon- de: zich op eigen motorkracht voortbewegen. Aa de uiteinden gaan de banen over in var railbanen. Behalve bij de baan over de Ro ipot eindigen de kabels bij het ene sta on in een vaste verankering en zijn ze bij at andere station verbonden aan een ba; is met contragewichten. Op e torens rusten de kabels in een goot wa in ze heen en weer kunnen glijden. Bei udens de wrijving die daarbij optreedt, blij de kabelkracht bij dit systeem tijdens he; edrijf met de gondels constant. De abelkracht bedraagt bij de balans van de ammenbaan ongeveer 350 ton. De 9e; randeerde werkelijke breekkracht van de hie oegepaste kabels is 1070 ton. Als we de abels voor de Roompotbaan op dezelfde wij zouden bevestigen, dan zou de kabel- kra at in het baanvak bij de vaste veranke ring door het grotere aantal torens waarover de ibel moet verschuiven, bij een ongun stige belastingsituatie door sommatie van de wrijvingskrachten zo groot kunnen worden, dat een veiligheidscoëfficiënt van 2,5 niet meer werd gehaald. Verlaging van de aanvangskracht in de kabel, waarmee dit bezwaar zou kunnen worden ondervangen, heeft het nadeel dat in een ongunstig geval waarbij de wrijving tegengesteld werkt, een gondel die rijdt in de richting van de balans in het voorlaatste baanvak de helling niet haalt. Daarom is gekozen voor een andere oplossing: op een geschikte plaats in het sluitgat en wel bij toren 4, is de kabelbaan in tweeën gedeeld. De beide vaste verankeringen zijn geplaatst in toren 4 en van daaruit lopen de kabels over de andere torens aan weerszijden elk naar een balans. De constructie van toren 4 is, zoals het vorige Bericht reeds meldde, aan WERKHAVEN SCHELPHOEK I HAVEN 'BURGHSLUIS RQGGENPLAAT NOORDLAND WERKHAVEN <T SOPHIA DAMAANZET 197

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1973 | | pagina 31