Fig 2. Programma van metin- ge; vóór de afsluiting van het Br wershavense Gat (boven) en rna binnen; tijdens vallend water trok het water er weer uit. De kenteringen vielen nagenoeg op de ogenbilkken van hoog- en laagwater. De maximum vloedsnelheid trad op ongeveer I uur vóór H.W. te Burghsluis en reeds 2 uren na genoemd H.W. brak het tijdstip van maximale eb aan. Een geheel ander beeld vertoont de getij beweging in open zee. Hier vallen de stroomkenteringen 11 uur nadat het water oppervlak de middenstand is gepaseerd. Van II uur vóór H.W. tot 41 uur daarna gaat de stroom in de voortplantingsrichting van de getijgolf; dit wordt wel vloedstroom genoemd. Gedurende de overige tijd loopt er ebstroom, die de tegengestelde richting heeft. Op verscheidene plaatsen is het niet zeker welke stroom men als vloedstroom en welke men als ebstroom moet beschouwen. Uit 205

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1973 | | pagina 39