na het invaren opgesloten tussen aanslagen, waarvan de buitenste kunnen worden ver wijderd om het invaren mogelijk te maken. Deze koppeling - ontleend aan ervaringen met het koppelen van caissons - laat slechts geringe horizontale bewegingen van de twee vaartuigen ten opzichte van elkaar toe; maar verticaal kunnen ze volledig onafhankelijk van elkaar bewegen. Dit laatste is noodzakelijk omdat de rol tijdens het afrollen van de mat langzamerhand omhoog komt. Wanneer de rol aan de ponton is gekoppeld worden aan elke zijde twee afremkabels aan de rol bevestigd; tijdens het afrollen nemen zij de krachten op die ten gevolge van gewicht en stromingsdruk door de mat worden uitge oefend. De lieren voor deze afremdraden kunnen gezamenlijk een trekkracht leveren van 400 ton. Voor het op de juiste plaats bren gen van de kop van het zinkstuk wordt een afzinkbalk aan de mat bevestigd, die met van te voren gestelde en voorgetrokken ankers op zijn plaats wordt gehouden. De afmetingen van de ponton bedragen 60,90 x 34,29 x 4,88 m, terwijl de hoogte van de opbouw boven de waterlijn 22 m bedraagt. De diepgang van de rol met blokkenmat bedraagt 8 m. Op de ponton worden zes anker/verhaallieren opgesteld waarmee nauwkeurig in een van te voren vastgestelde baan kan worden verhaald. Alle lieren op de ponton worden bediend vanuit het centraal opgesteld bedieningshuis, waar ten behoeve van de manoeuvres on onderbroken informatie binnenkomt omtrent kracht, uitgevierde draadlengte en afvier- en oprolsnelheid van de lierdraden. Om de ponton met gelijkblijvende snelheid in een van tevoren vastgestelde rechte baan te verhalen, moeten richting en afstand ten Het casco van de ponton wor t tewatergelaten opzichte van de wal tijdens het zinken regel matig worden gecontroleerd, zodat de koers zonodig kan worden gecorrigeerd. Hiervoor is een geheel nieuw plaatsbepalingssysteem ontwikkeld, gebaseerd op het principe van d? Laserstraal. De metingen van deze walinstal latie worden met een computer gecodeerd ei telemetrisch naar de ponton overgeseind. Op de ponton worden de ontvangen gegevei s gedecodeerd en in eenvoudige vorm weer gegeven. De ligging en positie van de blokkenmat one sr water kunnen in de commandohut zichtbaar gemaakt worden door middel van een ondei de ponton aangebracht verplaatsbaar echo lood. Indien nodig kan de ligging van de blokkenmat zolang hij verbonden is met de zinkbalk, alsnog worden gecorrigeerd. De tot nu toe uitgevoerde proeven hebben voldoende gegevens opgeleverd om de tech nische uitvoerbaarheid van de zinkmethode positief te kunnen beoordelen. 308

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1973 | | pagina 42