metingen te verrichten. Alleen het onderzoek
van de primaire produktie blijft hiervan uitge
zonderd. Het veldonderzoek naar deze para
meter zal alleen worden uitgevoerd in het
Hollands Diep en het Haringvliet en als onder
deel van het zuurstofhuishoudingsonderzoek
in het Brielse Meer.
Het experimentele onderzoek naar de primaire
produktie zal zich moeten richten op de effec
ten van defosfatering en van de verblijftijd,
van water in proefbakken; dat zijn namelijk op
dit ogenblik de belangrijkste middelen om de
waterkwaliteit voor wat betreft de eutrofiëring
te regelen.
Als bezwaren tegen de drie hierboven ge
noemde defosfateringsexperimenten zou kun
nen worden aangevoerd dat er geen reeks
van behandelingen mogelijk was en dat soms
zelfs een controle ontbrak. Wil men het effect
van de defosfatering goed leren kennen, dan
zal de fosfaatbelasting in een reeks van proef
bakken gevarieerd moeten kunnen worden. In
de bakken zal men dan de primaire produktie
moeten meten evenals de biomassa en de
samenstelling van het plankton. Verder zal de
fosfaat- en ijzerbalans van deze bakken onder
zocht moeten worden. Een onderzoek zoals
hierboven geschetst zal in 1974 worden opge
zet in samenwerking met het Rijksinstituut
voor de Drinkwatervoorziening in een drietal
grote proefbakken van rubberdoek in het drink
waterreservoir 'de Grote Rug' bij Dordrecht.
Er zal gebruik worden gemaakt van water uit
het Wantij. Het water in deze bakken krijgt
een verblijftijd van 100 dagen: het zal worden
gedefosfateerd met 5 tot 10 mg tweewaardig
ijzer per liter, zulks afhankelijk van de fosfor-
concentratie in de rivier.
Een bak met onbehandeld rivierwater zal ter
controle in de proef betrokken worden.
Andere onderzoeken
De zuurstofhuishouding van een meer over
een korte termijn, bijvoorbeeld een etmaal, is
een afspiegeling van de stofwisseling van het
oesosysteem als geheel. De verandering van
de zuurstofconcentratie gedurende een etmaal
wordt namelijk veroorzaakt door de gezamen
lijke werking van de zuurstofproduktie pri
maire produktie of fotosynthese - van alle
primaire producenten in het oecosysteem,
waaronder algen en waterplanten, het zuur
stofverbruik door ademhaling van alle levende
organismen en door chemisch zuurstofver
bruik, het transport van zuurstof met water
stromingen en de re-aëratie, dat wil zeggen
het transport van of naar de atmosfeer van
zuurstof. De richting van het transport wordt
bepaald door de onder- of oververzadiging
van het water. Door meting van de zuurstof
fluctuaties gedurende een etmaal, de primair 2
produktie, het zuurstofverbruik en schattingei
of berekeningen van de re-aëratie en het
transport hoopt men meer inzicht in deze
processen te krijgen. Dit onderzoek zal
uitgevoerd worden in het Brielse Meer, in
samenwerking met het Rijksinstituut voor de
Drinkwatervoorziening. Daar een aantal diep
putten in het Zeeuwse Meer mogelijk onder
hevig zullen blijken te zijn aan thermische
gelaagdheid, zal in aansluiting op het water
kwaliteitsonderzoek worden meegewerkt aar
een onderzoek naar stratificatieverschijnsele 1
in enkele putten. Hiertoe zal het stratificatie
proces zo intensief mogelijk gevolgd worden
en zullen de gevolgen van de stratificatie
zoals de afneming van het zuurstofgehalte ei
andere chemische parameters gemeten wor
den. Daarnaast zullen ook biologische para
meters onderzocht worden, zoals chlorofyl, e 1
parameters die voor plankton-organismen va 1
belang zijn, zoals het lichtklimaat onder wate
In de wat verdere toekomst staan verder nog
op het programma: een experimenteel onder
zoek in een proefbak naar de gevolgen van
snelle ontzilting; onderzoek naar de accumu
latie van toxische organische stoffen in orga
nismen, en het optreden van smaakbeder-
vende stoffen in vissen, in samenwerking me
in dat type onderzoek gespecialiseerde in
stanties; onderzoek ter karakterisering van d
plankton- en benthos-levensgemeenschapper
in de Deltawateren in samenwerking met het
Delta Instituut voor Hydrologisch Onderzoek e
Yerseke.
Naast de geplande waterkwaliteitsbewaking
door monitors zal ook een waterkwaliteits
bewaking nodig zijn die gebaseerd is op re
acties van organismen. Deze biologische wa
terkwaliteitsbewaking zal moeten plaats
vinden bij de inlaatsluizen van het Zeeuwse
Meer, bij gemalen en op de drukke scheep
vaartroutes. Het is met de huidige stand van
de techniek volstrekt onmogelijk om een
chemisch monitor-systeem op te zetten waar
mee het zeer grote aantal toxische stoffen in
rivierwater kan worden aangetoond. Men
komt sneller tot het doel, wanneer men het
gedrag van vissen en andere organismen die
zijn blootgesteld aan het te controleren wate
nauwkeurig en voortdurend observeert, om b j
afwijkend gedrag de inlaat te verminderen,
stop te zetten of andere maatregelen uit te
voeren en watermonsters voor chemische ana
lyse te nemen. Het registreren van het gedra;
van de organismen moet dan wel zoveel mo
gelijk geautomatiseerd worden.
332