lagere waarden gemeten, respectievelijk 3,6 m en 6,4 sec. Vooral de significante golf hoogte was dus geringer. Deze verlaging is het gevolg van het ondieper liggen van de bodem ter plaatse van de meetstations. De verder landinwaarts gelegen stations tonen nog verder gereduceerde waarden, als gevolg van het energieverlies dat de golven onder vinden terwijl ze via geulen en platen verder de zeearm inlopen. Ter plaatse van het damtracé in de Ooster- schelde liepen de waarden van de signifi cante golfhoogten en van de gemiddelde golfperioden terug tot respectievelijk 2,0 m en 3,8 sec. Op 13 november traden de hoogste waarden op tijdens het hoogwater van 16 uur. De waterstand bedroeg toen ongeveer Fig 8 Go|fenergiedichtheids- N.A.P. 2,4 m. Langs de zeewaartse rand spectra van enkele storm- van de onderwaterdelta van de Oosterschelde vloeden in de jaren 1972 en 1973 474

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1974 | | pagina 46