1 OP DIEPTE BRENGEN VERDICHTEN OPTREKKEN *yP^- SPUITMONPEN DRSN. b-b Fig. 2. Schematische voor stelling van de verdichtings- apparatuur Fig. 1. Werkwijze bij de bodemverdichting REEDS VERDICHT GRIND TRILLICHAAM beschreven. In de nummers 40 (mei 1967) en 50 (november 1969) wordt uitvoerig verslag gedaan van diepteverdichting door middel van een uit Duitsland herkomstig procédé, het zogeheten Rütteldruckverfahren. Dit houdt in dat de korrels van een losgepakte korrelmassa door middel van een in de grond gestoken triiapparaat in trilling worden ge bracht, zodat een dichtere en stabielere struc tuur ontstaat. Het resultaat wordt niet alleen veroorzaakt door mechanisch trillen, maar ook door de stromingsdruk van het toegevoegde water. Samen verstoren zij de statische opbouw van het korrelskelet, waardoor de onderlinge wrijving tussen de korrels wordt opgeheven. Een resterend deel van de zwaartekracht zorgt ervoor dat de korrels nu naar een situatie zoeken waarin hun potentiële energie zo gering mogelijk is, dus de pakkingsdicht heid zo groot mogelijk. Door vermindering van het poriënvolume wordt het water verdreven, zodat het elders opnieuw de stabiliteit verstoort. Blijkens het verslag over deze proeven in Bericht 50 kan met deze wijze van diepte verdichting de pakkingsdichtheid van dit zand aanmerkelijk worden verbeterd, mits de onder linge afstanden van de verdichtingspunten ongeveer 1,5 a 2 m bedragen. In Bericht 48 (mei 1969) worden proeven be schreven waarbij werd getracht om de bodem te verdichten door middel van explosieven. De bedoeling was ook hier weer, zodanige tril lingen in het zandpakket op te wekken dat het erdoor zou worden verdicht. De resultaten van deze proeven worden echter teleurstel lend genoemd. Inmiddels is nieuwe trilapparatuur voor diepte- 100

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1975 | | pagina 46