I i ke zouden liggen, aanzienlijke schade zou c itreden. aanleg van de bouwput bij Schelphoek zou 0 k ongeveer 60 ha droogvallende slikken, die a natuurgebieden worden aangemerkt, ver- 1 en doen gaan. Een bouwput op deze plek z u na het uitvaren van de caissons ook geen v arde meer hebben, bijvoorbeeld voor het ir ichten van een jachthaven. Andere be- z aren waren dat er een 500 m lange toe- g ngsgeul naar de bouwput zou moeten v rden gegraven en dat de vaarroutes tussen c put en de sluitgaten toch nog vrij lang z< uden zijn. 1 nslotte is gekozen voor situering langs de r ads gemaakte werkeilanden en damvakken i de Oosterscheldemond. rschillende combinaties en varianten van z wel aan de buitenzijde als aan de binnen zijde van de dam gesitueerde bouwputten zijn vervolgens bekeken, zowel met betrekking tot de aantallen en de verscheidenheid van de caissons, het gebruik van elementen voor het opdrijven van de caissons, de ingrepen in reeds voltooide werken, de restwaarden en de nodige aanpassingen aan de bouwputten na de sluiting, de lengtes en de veiligheid van de vaarroutes tussen de bouwputten en de sluit gaten en de daarvoor uit te voeren bagger- werken, de aanvoer, de uitwisselbaarheid en de afvoer van personeel, alsook de aan- en afvoer van materieel en materialen tijdens het maken van de bouwputten en gedurende de bouw van de caissons, de veiligheid van de bouwputten en de daarin in uitvoering zijnde werken tijdens stormperioden. Aanvankelijk genoten bouwputten aan de buitenzijde van de dam daarbij de voorkeur. Overwogen werd KUNSTSTOFDOEK MIJNSTEEN 157

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1975 | | pagina 51