Duiveland enerzijds en het damvak Geul
anderzijds regelmatige en veelvuldige boot
verbindingen moeten worden onderhouden
voor het vervoer van personeel en materieel.
Naar schatting zullen per etmaal zo'n 500 tot
1000 personen in ploegen moeten worden
overgezet. Welk percentage van deze mensen
vanuit het zuiden, en welk deel uit het noor
den naar het damvak Geul zal komen is thans
nog niet bekend. Dat zal namelijk afhangen
van de beschikbaarheid v.an personeel in de
provincies Zeeland, Noord-Brabant en Zuid-
Holland en dus ook van de werken die moge
lijk in hetzelfde tijdsbestek in uitvoering zullen
komen als de caissonbouw. Men denke aan
de bouw van de compartimenteringsdammen
in het Oosterscheldebekken en de vaste
oeververbinding in en over de Westerschelde
tussen Zuid-Beveland en Zeeuws-Vlaanderen.
Hoewel de studies met betrekking tot de
personeelsvoorziening nog niet zijn afgerond
is het wel duidelijk dat medio 1976, het tijdstip
dat met de inrichting van de bouwputten zal
worden begonnen, in de nabijheid van de te
maken werken over voldoende havens moet
kunnen worden beschikt. De havens Sophia-
polder op Noord-Beveland en Schelphoek op
Schouwen-Duiveland zullen in de toekomst in
hoofdzaak dienst doen als werkhavens voor
de Oosterscheldewerken. Zij zullen echter
vanwege hun vrij afgelegen positie ten
opzichte van de werken minder geschikt zijn
als veerhaven voor het overzetten van perso
neel. Op Noord-Beveland zal daarom de
haven van de in 1972 gebouwde damaanzet
dienst gaan doen voor het personenvervoer.
Op Schouwen-Duiveland is alleen de haven
van Burghsluis voor personenvervoer be-
Overzicht van het sluitgat
Hammen; op de voorgrond de
Schouwense oever
schikbaar. Deze haven is echter niet ingericht
voor het ontvangen van de grote schepen die
men voor het personenvervoer denkt te gaan
gebruiken en die naar schatting een lengte
van 100 m zullen hebben. Een voldoende
groot parkeerterrein is in de nabijheid van de
haven in Burghsluis niet aanwezig; het zou
slechts na aankoop van de benodigde gron
den kunnen worden gemaakt. De haven
wordt daarom gesitueerd aan de zeezijde,
grenzend aan het werkterrein dat in 1974 in
de Westenschouwense inlaag is aangelegd, en
dus op het punt waar de Oosterscheldedam
op het eiland Schouwen-Duiveland zal .aan
sluiten. Hierdoor wordt de kleinst mogelijke
vaarroute verkregen van Schouwen-Duiveland
naar de te maken werken; het bestaande
werkterrein kan dienen als parkeerterrein.
De havenmond is, om een rustige ligging van
160