Het Veerse Meer en het Grevelingenmeer sedert hun afsluiting. Een vergelijkend overzicht van de ontwikkelingen van het milieu in twee zoute stagnante bekkens afsluiting van het Veerse Gat en het uwershavense Gat, respectievelijk in 1961 (971, veroorzaakte een belangrijke wijzi- g in het bestaande milieu. Naast verschillen ;onen de ontwikkelingen in deze twee kens ook overeenkomsten. Het is daarom iressant om de ecologische ontwikkeling Ie beide bekkens niet afzonderlijk, maar in erlinge vergelijking te behandelen, ael I geeft een aantal hydrografische enschappen van beide bekkens, deze tabel valt af te leiden, dat het ,'velingenmeer niet alleen groter is, maar dieper, terwijl er bovendien in het jvelingenmeer een aantal gebieden zijn l een diepte groter dan 25 m, wat in het srse Meer niet voorkomt. De grotere diepte i de Grevelingen heeft tot gevolg dat deffecten er meer tot gelding kunnen nen, zoals winddriftstromingen en golf- king. Winddriftstromen ontstaan doordat de wind het water als het ware meetrekt opstuwt tegen de benedenwindse oever. Het opgestuwde water stroomt gedeeltelijk langs de oevers, en gedeeltelijk op grotere diepte weer weg. Zie Bericht 71 (februari 1975). Zulke driftstromen kunnen van grote betekenis zijn voor de menging van verschil lende watersoorten en daarmee voor de waterkwaliteit. Het water van het Grevelingen meer wordt dus intenser en frequenter gemengd dan dat in het Veerse Meer. Over de opwekking van golven op een meer werden mededelingen gedaan in Bericht 62 (november 1972). De grootte en de effectiviteit van de opgewekte golven hangt onder meer af van de strijklengte over het water. Hoe groter het meer, hoe hoger de golven kunnen worden. Deze golven kunnen tevens in belangrijke mate erosie veroorzaken op sommige delen van oevers en plaatranden. Uit tabel I blijkt ook een belangrijk verschil tussen het Veerse Meer en het Grevelingen meer in het waterpeil. In de Grevelingen wordt een vast peil nagestreefd, ongeveer op N.A.P. - 20 cm. In het Veerse Meer wordt iel I Veerse Meer Grevelingen vervlakte in ha "j erinhoud bij waterstand ;oen m3) N.A.P. liddelde diepte in m male diepte in m zomer winter 4ste breedte in km ste breedte in km tste lengte in km 2035 4,32 24 N.A.P. N.A.P. - 70 cm 2 0,5 20,5 10 787 600,5 5,75 58 N.A.P. - 20 cm N.A.P. - 20 cm 8 3 23 271

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1976 | | pagina 49