iii J Fig. 1. Schematische voor stelling van menging veroor zaakt door de gecombineerde werking van grote en kleine wervels een nieuwe evenwichtstoestand is een zeer langzaam proces, dat in de Oosterschelde enkele maanden in beslag neemt. Het is mogelijk om het gemiddelde effect van het turbulente transport in beschouwing te nemen; hiervoor kan een semi-empirische formule afgeleid worden met een vrij alge mene geldigheid. Het groot- en het klein schalige zouttransport worden dan beide beschreven met de voor de getijbeweging karakteristieke tijdschaal. Voor het gemid delde effect van het door het getij veroor zaakte mengproces bestaat nog geen algemeen geldige uitdrukking. Daarom is het niet zonder meer mogelijk een tijdschaal van enkele getijperioden in te voeren voor de beschrijving van de zoutverdeling in een estuarium. Het feit dat het bereiken van een evenwichts toestand een langere tijd vergt voor de zoutverdeling dan voor de waterbeweging, is 3 voornamelijk hieraan toe te schrijven, dat een verstoring van de waterbeweging zich voort plant met de golfsnelheid, terwijl een ver storing in de zoutverdeling zich voortplant met de stroomsnelheid, dat is vele malen langzamer. De verschillende tijdschalen vormen een probleem voor numerieke wis kundige modellen, omdat het doorrekenen van lange perioden met een kleine tijdstap veel computertijd kost en hoge stabiliteits eisen stelt aan het model. Rekenmodellen De studie van de zout-zoetproblematiek van het Oosterscheldebekken is gericht op het voorspellen van de zoutverdeling in alle mogelijke toekomstige situaties. Alle factoren Fig. 2. Voorbeeld van lijnen van gelijke concentratie in een horizontale (boven) en een verticale doorsnede van een estuarium die voor de zoutverdeling een belangrijke rol spelen, ondergaan veranderingen bij de voorgenomen waterbouwkundige ingrepen. De zoetwatertoevoer, die in de huidige situatie voornamelijk veroorzaakt wordt door de Volkeraksluizen en de Brabantse riviertjes, zal in de toekomst - wellicht in mindere mate - via de Philipssluizen in het estuarium belanden. Het getijvolume zal veranderen onder invloed van de stormvloedkering. De geometrie van het estuarium wordt gewijzigd door de compartimenteringsdammen. Het onderzoek moet leiden tot de bepaling van de getalsmatige invloed van deze veran deringen, waarvan de kwalitatieve aspecten in het voorafgaande beschreven zijn. We gaan nu in het kort beschrijven langs welke wegen kwantitatieve informatie over de zoutverdeling verkregen kan worden. ZOUTGEHALTE I ~-v I I 1 2 3 4 AFSTAND VAK A A. VAK B VAK C ROOSTERPUNTEN I I I 488

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1977 | | pagina 14