aangebracht, afgedekt met schelpen en aan de zijde van het open water voorzien van een grindbestorting. Deze zanddam wordt gezien als een proef om na te gaan of op deze wijze broedgebieden kunnen worden ge creëerd voor sterns en andere watervogels. De te verdedigen oevergedeelten langs de Katte- polder en de Oosternieuwpolder vervullen reeds een functie als verpozingsgebied voor de oeverrecreatie. Waar een vooroever van voldoende breedte aanwezig is, worden hier grinddammen aangebracht, zodat er zones met rustig water ontstaan. Kinderen en onge oefende zwemmers kunnen daar dan zonder gevaar te water gaan. Voor de meer geoefende zwemmers worden over de grinddammen enkele steigers gebouwd naar het diepere water. Op enkele plaatsen waar nu al wel eens wordt gezwommen, zal in verband met de geringe breedte van de voor oever een verdediging langs de oeverlijn worden aangelegd. Waar zwemmen ook in de toekomst geen bezwaar oplevert, bouwt men ook over deze verdediging enkele steigers uit. Oevervsrdediging van het Aardbeieneiland Waar nu het Aardbeieneiland ligt in het Veerse Meer, bevond zich ten tijde van de afsluiting van het Veerse Gat in 1961 een zandplaat. Na het wegvallen van het getij is een deel van deze plaat voorgoed boven water komen te liggen. Sindsdien is het eiland geheel aan zichzelf overgelaten en hebben er spontane ontwikkelingen plaats gevonden waardoor het thans uit natuurwetenschappelijk en land schappelijk oogpunt als zeer waardevol moet worden beschouwd. Als onderdeel van de oeverpeilingen die Fig. 1. Voorbeeld van een met stortsteen verzwaarde golfkering in het Grevelingenmeer periodiek in het Veerse Meer worden ver richt, werden in de jaren 1967, 1971, 1973 en sindsdien jaarlijks, onder meer ook peilingen uitgevoerd rond het Aardbeieneiland. Zowel ter plaatse van de oever als ter plaatse van de niveaus van de vooroever werd een gelei delijke achteruitgang van het eiland gecon stateerd. Wel bestaat de indruk dat de terug gang thans in een wat minder snel tempo verloopt dan aanvankelijk. Om het Aardbeien eiland met de ondiepe vooroever voor verder verlies te behoeden is een plan opgemaakt voor de verdediging van het eiland. Alvorens met het maken van het eigenlijke ontwerp werd begonnen, heeft men enkele uitgangspunten geformuleerd, die in hoofdzaak te maken hebben met het natuurweten schappelijk en landschappelijk waardevolle karakter van oever en vooroever. Uitgangs- MEERZ'JDE PLAATZUDE 534

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1977 | | pagina 16