Bovendien bepalen de bewegingen in het
horizontale vlak de plaatsingsnauwkeurigheid
en de noodzaak tot eventueel later nastellen
van de pijler.
Daarom was met name het meten van de be
wegingen van de pijler ten opzichte van de
kuip van belang. De dempende werking van
het water in de kuip kwam tot zijn recht door
dat ook de inwendige vorm van de kuip was
nagebootst.
Bij de bestudering van het gedrag van het
schip in de verschillende fasen zijn steeds
zowel recht als scheef inkomende golven
beschouwd, terwijl verschillende golfspectra
en stroomsnelheden in de beschouwing wer
den betrokken. Daarnaast werd de invloed
van de ligging van het schip ten opzichte van
de reeds geplaatste pijlers nagegaan. De
algemene conclusie uit de proeven was dat
Fig. 7. De operationele situaties
waarin het hefschip zou komen
te verkeren
Foto's: links situatie G, rechts
situatie Fl