t
ONDERBOUW
(O.A. FUNDERING,
BODEMBESCHERM.)
BODEM (GEBIED
BUITEN DE BODEM
BESCHERMING)
BOVENBOUW
(BETONPIJLERS,
SCHUIVEN, ETC.)
a
- natuurlijke externe factor
(b.v. aardbeving, storm)
niet-natuurlijke externe factor
(b.v. sabotage)
relaties binnen deelsysteem
relaties tussen deelsystemen
deelsysteem
Fig. 1. Schematische voorstel
ling van de relaties van de ele
menten van de stormvloedkering
onderling en met de omgeving
onderbouw en bodem en omgeving. Op
de elementen kunnen zowel interne als
externe factoren inwerken; de externe
factoren kunnen nog onderverdeeld worden in
natuurlijke en niet-natuurlijke.
Met behulp van dit relatieschema wordt
getracht de elementen, grootheden, relaties
en eisen, die een rol spelen bij de beschou
wing van de stormvloedkering en zijn omge
ving, op een zinvolle wijze te ordenen, zodat
een hulpmiddel verkregen wordt voor de
bepaling van mogelijke functieverliezen en de
kans daarop.
Om na te gaan op welke wijze functieverlies
van de kering kan optreden kan gebruik
gemaakt worden van een analyse met behulp
van een 'foutenboom'. De ongewenste
toestand, een bepaalde mate van functie
verlies, staat bij de grafische voorstelling van
de foutenboom helemaal bovenaan. Vanuit
deze top wordt de foutenboom beneden
waarts geconstrueerd door van iedere
component in het systeem te overwegen hoe
hij kan falen, en op welke wijze dit de voor
gaande gebeurtenis kan beïnvloeden.
Men tracht uiteindelijk zogenaamde basis
gebeurtenissen te vinden, die in het schema
aan de einden van de takken in de fouten
boom zitten. Als de waarschijnlijkheden van
deze basis-gebeurtenissen bekend zijn, is
het mogelijk door de logische constructie van
de foutenboom de kans te bepalen dat de
gebeurtenis bovenaan plaatsvindt. Men ver
krijgt op deze manier een overzicht van de
mogelijke faalwegen die uiteindelijk aanlei
ding kunnen geven tot het ongewenste functie
verlies. Ter illustratie is een klein stuk uit de
foutenboom weergegeven waarin het niet
bewegen van de schuiven is uitgewerkt ten
gevolge van technisch falen, doordat de olie-
pomp niet draait.
5