woldoende rekening had gehouden met de
terloopkundige gevolgen van de deelsluiting
het westen. Maar dat zag men in die dagen
ver niet. Het saamhorigheidsgevoel, dat bij
ote tegenslagen inderdaad onmisbaar is,
roorzaakte dat het publiek in alle situaties
grip had voor het handelen van de water-
:atkundigen. Als er maar veiligheid kwam,
de zee en het land, als op de eerste
ïeppingsdag, weer gescheiden werden.
scheiding van water en land zoals wij die
Nederland ten tijde van de ramp kenden, en
k nu nog kennen, mogen we echter niet
schouwen als een scheppingsgegeven. Wie
n natuurlijk Nederlands landschap wil zien,
et een bezoek brengen aan de schorren van
land van Saeftinge. De zee is niet ver weg,
ar er zijn ruime overgangszones, en flauwe
hellingen, waarop iedere golf zijn energie
kwijt kan. Het Nederland dat wij nu hebben,
met zijn ingewikkelde waterloopkundige struc
turen, zijn hoge en vaak angstwekkend steile
dijken en diepgelegen polders, zijn uitslijtende
zee-armen, is goeddeels een cultuurprodukt.
Weliswaar is de cultuur er nimmer op gericht
geweest om de confrontatie met de zee zo
scherp te stellen, maar het is wel de onge
wilde uitkomst van een eeuwenlange exploi
tatie, van te snel voltrokken inpoldering, land-
honger, vaarwegverbetering, en zelfs dijkver-
waarlozing door te grote zuinigheid. Veel
meer dan de natuurlijke bodemdaling heeft
inklinking door bemaling en de afgraving van
soms toch al lage gronden de polders uit
gehold. In de strijd met de zee is de Neder
lander de uitdager, dat moet hij goed beseffen.
Het krachtenevenwicht tussen het cultuurland
den van de ramp in 1953
ding, evacuatie en hulp-
;ening
119