de bouwfasen verzekerd is. Naast de hydrauli
sche beschouwingen is ook aandacht besteed
aan de grondmechanische stabiliteit van de
drempel. Uit glijvlakberekeningen is gebleken
dat de meest kritieke glijvlakken zich in de nabij
heid van de dorpelbalk bevinden, waar het
schijnbare gewicht van het drempelmateriaal
wordt gereduceerd door stromingsdrukken. Om
toch een aanvaardbare veiligheid te bereiken is
besloten de aanstorting tegen de Oosterschel-
dezijde van de dorpelbalk te verhogen. Nader
onderzoek naar de interactiekrachten tussen
aanstortingen en dorpelbalken is nog in uitvoe
ring.
de overgebleven ontwerp- en uitvoeringsaspec
ten nader te analyseren. Hierbij speelt vooral de
aanzanding tussen de opeenvolgende handelin
gen een rol. Op de kwantificering van die aan
zanding, en de uitvoeringsaspecten van de
drempel zal in een volgend Bericht nader wor
den ingegaan.
Op grond van de uitgevoerde onderzoekingen
en berekeningen zijn thans opnieuw voorkeur-
ontwerpen voor de drempel opgezet. Deze ont
werpen dienen ertoe om in de komende periode
263