de poten een besparing op in de bouw van het hefschip. Devoordelen vande nieuwe plaatsings- wijze wegen dan ook ruim optegen de nadelen. De voetplaat van de pijler wordt nu voorzien van draagribben, diefungeren als tijdelijke op legging van de pijler. Ook bij de nieuwe plaat- singswijze wordt de ruimte tussen de onderzij devan de voetplaat en hetfunderingsbed, zij het op een later tijdstip, gevuld met betonspecie, zodat een goede aansluiting wordt verkregen. Een andere verandering in het ontwerp van de pijler betreft de hoogte van de bovenbouw en daarmee de hoogte van de pijlers. De bruglig- gers moeten zo hoog liggen dat ze geen belas ting meer ondervinden van de golven die over de bovenbalk van de stormvloedkering slaan. Omdat uit de probabilistische benadering blijkt dat dit niveau bij de maatgevende storm lager zal zijn dan werd aangenomen, kunnen de brug- liggers aanmerkelijk lager komen te liggen. Het resultaat hiervan is dat het hoogste punt van de kering, het rijdek van de verkeersweg, terugge bracht is van N.A.P. 18 m tot N.A.P. 12 m. Ook de vorm van de dorpelbalk is enigszins Fig1. Vormgeving van pijler er bovenbouw volgens de laatste inzichten Fig 2. De dwarsdoorsnede van de pijler volgens het ontwerp van 1977 (links) en 1978

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1979 | | pagina 16