Landschappelijke aspecten Ruimtelijk en functioneel kunnen binnen het project vier gedeelten worden onderscheiden, te weten de oeverstrook, het centrale deel, het nieuwe duingebied en het bosgebied. De oeverstrook is in hoofdzaak bestemd voor de intensieve oeverrecreatie. De andere gebieden vervullen een functie in meer op de natuur ge richte vormen van recreatie en als verpozings- gebied bij minder goed weer. De oeverstrook is aangelegd als een zachte zandige oever. Wan- jneer mede als gevolg van het intensieve ge- Sbruik verstuiving zou optreden, zou kunnen worden overwogen een bepaalde vorm van be groeiing aan te brengen. De meest intensief ge bruikte gedeelten zouden daarbij een grasachtig aanzien kunnen krijgen, terwijl in de minder in tensief gebruikte gedeelten een meer natuurlij ke vegetatie tot ontwikkeling zou kunnen ko men. In het centrale gedeelte is gekozen voor de aanleg van ondiepe plassen met flauw hellende oevers; deze bieden een betere uitgangssituatie voor natuurlijke ontwikkelingen dan diepe plas sen met steile oevers. Door reliëf en afwisseling in vorm, zowel boven als onder water, is een aanzet gegeven voor de ontwikkeling van het gewenste gedifferentieer de milieu. Aan deze differentiatie wordt ook bij gedragen door het verschil in vegetatie tussen het overgebleven gedeelte van het voorlopig nog zoute duinmeer en de thans gevormde zoe te plassen. Zoals gezegd is het de bedoeling om de uitein delijke vorm van de nieuwe duinen mede door beheerste verstuiving te laten ontstaan. Het thans gecreëerde reliëf zal nog worden vergroot door beplanting met bij voorbeeld duindoorn en kruipwilg. In het plassengebied zal plaatselijk eikenstruweel worden aangeplant. Ter bescher ming tegen betreding van de lage stuifduintjes langs de oever zal een beplanting van duin doorn worden aangebracht. Ten oosten van de plassen zal in een wisselende dichtheid helm worden ingeplant. Verstuiving van de minder intensief beplante gedeelten zal dan kunnen lei den tot de vorming van een enigszins geacci denteerd terrein. De overgang van het reeds voor de realisering van het project aangeplante bosgebied naar de westelijk daarvan aangeleg de ontsluitingsweg en de parkeerterreinen, zal worden geaccentueerd door een hoge begroei ing van eik en iep en gaande in de richting van de oever door grauwe abeel en zwarte populier. De toegang tot de duinmeertjes vanaf de rond weg zal worden verhinderd door het planten van duindoorn in een greppel, een barrière die het vrije uitzicht weinig belemmert. De hier besproken werken zijn nog maar de eer ste fase van de realisering van het deel plan 'De Punt'. Er is nu een soort uitgangssituatie ge schapen, waarin ruimte is voor geleidelijke ont wikkeling ten aanzien van het gebruik en de op namecapaciteit. We moeten wachten of de ge kozen opzet voor het middengebied, een vrij toegankelijk, zich natuurlijk ontwikkelend ge bied, kans van slagen heeft. Het maakt immers deel uit van een recreatieproject dat vooral in het zomerseizoen een grote belangstelling zal genieten. In een volgende fase zal op de thans in gang gezette ontwikkelingen moeten worden ingespeeld. 'De Punt' in aanleg, gezien van af de Brouwersdam 533

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1979 | | pagina 45