4. 5. Fig. 4. Profiel van de vierde kustsuppletie (gearceerd) in 1977 Fig. 5. Zandtransport ten behoeve van de vierde kustsuppletie minder afslag opgetreden dan na de derde sup pletie. Waarschijnlijk hebben de grote hoeveel heden zand die de laatste jaren op het strand zijn gestort de ontwikkelingen sterk beïnvloed. Mede door de verplaatsing in oostelijke richting van de Ooster is de totale hoeveelheid zand op de diepere gedeelten van het onderhavige kust- vak waarschijnlijk toegenomen, en is daardoor de invloed van de golven verminderd. De afslag aan de zuidwestkust van Goeree is in orde van grootte gelijk aan die na de derde sup pletie in 1973/1974. Beneden de laagwaterlijn is echter op het onderwatertalud verder zeewaarts aanzanding opgetreden, terwijl dat gebied na de voorlaatste suppletie verder erodeerde. Het is aannemelijk dat ook hier door de suppleties zoveel zand in het transportsysteem is aange bracht, dat zich materiaal in het mondingsge- bied heeft kunnen afzetten. De kop van Goeree in maart 1977, vóór de suppletie, en in augustus 1977,onmiddellijk erna 36

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1980 | | pagina 38