heeft ingeboet. Dit wad, dat rijk was aan Neries - een soort worm bood voedsel aan ruiters en een speciale groep steltlopers. Door het zoute water is de samenstelling van de bodemdieren sterk veranderd, waardoor voor andere steltlo persoorten de mogelijkheden toenamen, maar die voor ruiters verminderden. Het meest opval lende is de toename van de scholeksterpopu latie. Het aantal steltlopers is toegenomen van 10 000 tot 40 000. Dit heeft ongeveer in dezelfde tijd plaatsgevonden als de vermindering van het aantal steltlopers op het Grevelingenmeer. Ook de Rotgans, een van zeegras en wieren levende ganzesoort, is toegenomen, als gevolg van de uitgebreide begroeiing met zeegras en wier. Fig. 1. Overzicht van enkele tellingen per gebied Kluut in de vlucht In de Oosterschelde hebben zich nog geen grote veranderingen voorgedaan in de biotopen voor 48

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1980 | | pagina 50