De P.T.T. moet ervoor zorgen dat de storm
vloedwaarschuwingen in de kortst mogelijke
tijd op de juiste plaatsen komen. De telegram
men van de SVSD genieten daartoe algehele
voorrang, wat betekent dat de overige tele
grambehandeling tijdelijk wordt stopgezet, tot
dat het SVSD-bericht aan de betrokkenen is
doorgegeven.
Onder de meteorologen in de weerkamer van
het K.N.M.I. bevinden zich Noordzeemeteorolo-
gen, die de weersverwachting voor de Noord
zee verzorgen en tevens de dagelijkse voorspel
ling van de waterstandsafwijkingen. Indien de
verwachte afwijking tenminste omstreeks een
halve meter is, vindt bekendmaking daarvan
plaats als onderdeel van het radioweerbericht.
Zijn de weersomstandigheden zodanig dat ver
wacht wordt dat hoge waterstanden het gevolg
zullen zijn, dan komt een gespecialiseerde getij
meteoroloog in actie.
Deze maakt een voorspelling van de water
standsverhoging voor het tijdstip van hoogwa
ter en zo nodig voor een tijdstip 3 uur vóór
hoogwater in een of meer van de basisstations
Vlissingen, Hoek van Holland, Den Helder, Har-
lingen en Delfzijl. Hij heeft voor deze berekening
de beschikking over een handrekenmodel en
een computermodel.
In het handrekenmodel is de Noordzee gesche
matiseerd tot 6 rechthoekige vakken (zie fig. 1
Na invoering van de windsnelheid en de iso
baarrichting, die afgeleid worden uit een voor
spelde weerkaart, kan met behulp van tabellen
worden bepaald wat de bijdrage is van elk vak
tot de waterstandsverhoging in een bepaald ba
sisstation. Hierbij wordt rekening gehouden
met de voor elk vak geldende looptijd.
Zo nodig worden nog correcties toegepast voor
de luchtdruk, het temperatuurverschil tussen
lucht en water, de terugslingering bij plotseling
wegvallen van de wind en mogelijke opwaai-
ingsverschijnselen langs de Engelse kust, de zo
genaamde Aberdeen-golf.
Voor de stations Harlingen en Delfzijl worden
bovendien de lokale effecten van de Waddenzee
en de Eems-Dollard in rekening gebracht, uit
gaande van de stations Den Helder en Borkum.
De grootste moeilijkheid bij deze procedure ligt
in het opstellen van de verwachte weerkaart, in
het vakjargon de prebaratic. De getijmeteoro
loog dient zich eerst op grond van de voorgaan
de weerkaarten een zo goed mogelijk beeld te
vormen van de situatie. Met gebruikmaking van
al zijn kennis en de in de loop van vele jaren op
gedane ervaring construeert hij de prebaratic
voor een tijdstip van bij voorbeeld 12 of 24 uur
vooruit. Ook voor hogere luchtlagen kunnen
dergelijke kaarten vervaardigd worden.
Uit de prebaratic kan vervolgens opgemaakt
6
worden hoe groot de luchtdrukgradiënt zal zijn.
Hieruit volgen onder inachtneming van de in
vloeden van een aantal nevenfactoren de in-
voergegevens voor de berekening. Het opma
ken van de verwachte weerkaart is vooral ook zo
moeilijk omdat het aantal waarnemingen op de
Noordzee zelf zeer beperkt is, terwijl zich juist
boven de Noordzee nog vaak complicaties in de
ontwikkeling van depressies voordoen. De
sinds kort op olieplatforms ingewonnen infor
matie kan slechts ten dele de vermindering van
informatie goedmaken die het gevolg is van het
inkrimpen van de vissersvloot.
Het computermodel dat naast het hand reken
model gebruikt wordt, is meer gedetailleerd van
opzet. Bij dit model is namelijk over de Noord
zee een denkbeeldig rooster met een maaswijd
te van 40 km gelegd. Voor de roosterpunten
worden de water- en windsnelheid berekend,
voor de zwaartepunten der vierkanten de resul
terende waterstandsverhoging. De praktijkre
sultaten van het computermodel zijn echter nog
niet zodanig dat men het zonder handrekenmo
del kan stellen. Voorlopig worden beide metho
den naast elkaar toegepast, waarbij de persoon
lijke interpretatie van de getijmeteoroloog uit
eindelijk bepalend is.
Zodra de verwachte waterstandsverhogingen
daar aanleiding toe geven, waarschuwt de getij
meteoroloog de 'ingenieur van dienst' van de
SVSD, die werkzaam is bij de Directie Water
huishouding en Waterbeweging van de Rijks
waterstaat te 's-Gravenhage.
Over het moment van deze waarschuwing zijn
tussen het K.N.M.I. en de Rijkswaterstaat zoda
nige afspraken gemaakt dat de SVSD ongeveer
10 uur vóór het betreffende stormvloedhoog
water in actie kan komen. De ingenieur van
dienst beslist in overleg met zijn meerderen of
het waarschuwingsbureau van de SVSD in actie
moet komen.
De bezetting van het waarschuwingsbureau be
staat uit vijf man, te weten naast de ingenieur
van dienst een toegevoegd ingenieur en drie
medewerkers.
Het waarschuwingsbureau
Het waarschuwingsbureau van de SVSD is ge
vestigd in de zogenaamde berichtenkamer van
de directie Waterhuishouding en Waterbewe
ging, die eveneens gebruikt wordt voor de da
gelijkse berichtgeving-'waterhoogten van he
denmorgen' -de ijsberichtgeving voor de bin
nenvaart en de zeevaart, de hoogwaterbericht
geving voor de grote rivieren en de berichtge
ving bij waterschaarste.
Ten behoeve van de SVSD vindt in deze berich
tenkamer registratie plaats van de waterstan-