meegevoerde materiaal wordt afgevoerd naar de oever, waar het sedimenteert in de vorm van klei ne delta's. Dat komt voor langs de oevers van de Slikken van Bommenede en langs het zuidelijk deel van de Slikken van Flakkee. Behalve op plaatsen waar voldoende verhang aanwezig is, kunnen zich ook geultjes vormen op die plekken waar zich op een zwak hellende natte oever een enigszins hard algenlaagje aan het oppervlak heeft gevormd, dat slecht doorla tend is. Een eenmaal gevormd geultje kan zich doorterugschrijdende erosie snel landinwaarts verlengen. Op deze manier kunnen grote ronde tot U-vormige inhammen ontstaan. Kwantitatief en kwalitatief zijn de door afstro mend regenwater ontstane vormen en proces sen van geringe betekenis, alhoewel ze soms kunnen bijdragen tot verhoging van de diversi teit van het basismilieu. Fysische rijping is een proces dat zich praktisch alleen voordoet op kleirijke bodems, dus op de schorren. Morfologisch komt het tot uiting in een kleine verlaging van het maaiveld. Uit metingen, ingevoerd in 1972 en 1977 op de Slikken van Flak kee, blijkt deze verlaging neer te komen op onge veer 10 cm. De fysische rijping verloopt betrek kelijk langzaam en wijzigt het reliëf van het gebied daardoor slechts in geringe mate. Zoals uit het voorgaande blijkt, heeft de mens als een zeer belangrijke factor in de geomorfolo- gische processen meegespeeld, met name in de dynamische gebieden, zoals de oeverzone en de stuifgebieden. Bleef zijn activiteit hier nog beperkt tot beïnvloeding van actieve processen, op andere plaatsen heeft de mens de geomorfo- logie bewust veranderd, met name ter plaatse van het schorrengebied op de Slikken van Flak kee. Ter wille van de landbouw werden daar op gro te schaal gebieden met kreken, oeverwallen, kommen en schorranden volledig genivelleerd. De meeste kreken zijn opgevuld; sommige zijn rechtgetrokken en doen nu dienst als afwate ringsgeul. Het resultaat van deze egalisering is een morfo logisch weinig gedifferentieerd gebied, door sneden met enkele rechte sloten. Plaatselijk heeft de mens door aanleg van zanddepots ook geheel nieuwe vormen in het gebied aange bracht. Dit is het geval op de Punt, op de Kabbe- laarsbank en op de Slikken van Flakkee. Op deze manier zijn tot 5 m plateaus ontstaan, die door hun steile en duidelijk begrensde hellingen als kunstmatige elementen in het gebied herken baar zijn. Geomorfologische veranderingen in relatie tot ruimte en tijd Uit het voorgaande blijkt, dat het voorkomen van bepaalde geomorfologische processen en het grotendeels daarmee samenhangende menselijk handelen is gebonden aan bepaal de geografische zones, min of meer evenwijdig aan de oeverlijn en in sterke relatie tot de hoogte ligging boven het meerwater. De veranderingen onder invloed van natuurlijke factoren blijken op de schorren en langs de lage slibrijke platen en slikken gering te zijn en lang zaam te verlopen. Op de schorren zijn plaatselijk ten gevolge van kunstmatige egalisering snelle en grote veranderingen opgetreden, waarna een stabiele toestand intrad. De veranderingen op de hogere delen voltrok ken zich voornamelijk in de eerste vier jaren. Dit in tegenstelling tot de veranderingen in de oeverzone, die nog steeds plaatsvinden, zij het in afnemende mate. Het resultaat van de ver- 164

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1980 | | pagina 50