De mattenlegponton 'Cardium' Het funderingsbed van de pijlers van de storm vloedkering zal bestaan uit een geprefabri ceerd en verpakt filter, dat er uitziet als een mat, van 36 cm dik, 45 m breed en 200 m lang. Per pijlervak wordt één mat neergelegd die aan weerszijden van de as aansluit op het stortebed. Als bescherming tegen beschadigingen wordt over dat gedeelte waarop de pijler wordt neer gezet een tweede mat heengelegd, even dik, maar slechts 60 x 32 m groot. Deze bovenmat bevat alleen grof grind. Voor het transport en het in positie brengen voor afzinken, wordt de mat na fabricage op een grote rol gewikkeld; deze rol wordt naar de mat tenlegponton 'Cardium' gesleept, die werkt in de sluitgaten. De 'Cardium' moet in de as van de stormvloedkering zowel het zandbed opscho nen en zo vlak mogelijk zuigen, als de funde- ringsmat aan de bodem brengen; enten slotte de afgezonken mat ook nog verdichten. De 'Cardium' is een rechthoekig ponton van 50 x 82 m. Aan de voorkant bevindt zich een bag- gerinstallatie; onderaan een enkele baggerlad- der zit een lange dwarsbalk, die de zuig koppen draagt. Aan de ene kant van de dwarsbalk zitten twee zogenaamde 'dustpankoppen', met de vorm van een stofzuigermond. Elke mond is 22 m breed. Over een breedte van 44 m kan met dit apparaat een zeer vlakzandbed worden gezo gen, terwijl de grond onmiddellijk onder de op- pervlaktelaag niet geroerd wordt, en er ook niet veel mors overblijft. Voor deze uitzonderlijke baggerprestatie heeft de 'Cardium' een tamelijk groot zuigvermogen nodig - 7000 kW -, terwijl de zandproduktie op zich laag is. Het gaat hier echter vooral om de kwaliteit van het werk. Om produktie-technische redenen maakt de fa briek om en om series onder- en bovenmatten. Er kan dan ook enige tijd overheen gaan, voor- Fig. 1. Hoofdschema van de 'Cardium', met dustpan en opschoon-apparatuur. 130

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1980 | | pagina 16