jehulp van een elektrisch analogon voor grond-
/vaterstroom en grondwaterdruk is uitgerekend
:oe hoog dat drukverschil kan worden. Zoals uit-
engezet in het vorige artikel is de kans aan-
aardbaar klein datde laag ooitergens door deze
rondwaterstroming wordt opgetild, mits aan
wee voorwaarden wordt voldaan. De construc-
etussen de as van de stormvloedkering en de
and van het stortebed moet waterdoorlatend
jn, en de dikte van de laag moet 20 tot 30 cm
edragen.
Aaar ook een andere situatie kan leiden tot
rukniveauverschil onder en boven de asfalt-
nastieklaag. Het is weer de situatie waarbij één
chuif open is, terwijl alle andere schuiven dicht
jn en er een groot verval over de kering staat,
an kunnen de hoge stroomsnelheden boven
et stortebed drukniveau-verschillen veroorza-
an tussen twee plaatsen aan de bovenkant van
g.3. Opwaartse druk onder
t stortebed bij verval over de
asloten kering.
g.4. Drukniveauverschillen
■ven het stortebed bij 'weige-
nde schuif'.
g.5. Opbouwvande
an Heymans'.
de asfaltmastieklaag: een hoog drukniveau
waar het bodemoppervlak hol is, een laag ni
veau waar het bodemoppervlak bol is. En dit
drukniveau-verschil in horizontale richting kan
drukniveau-verschil in verticale richting veroor
zaken.
Het grondwater-drukniveau onder de water
dichte asfaltmastieklaag zal mogelijk gelijk zijn
aan het drukniveau aan de randen. Direct onder
het asfaltmastiek ligt namelijk de oude bodem
verdediging van blokkenmatten, afgestort met
staalslakken. Het is mogelijk dat de laag staal-
slakken zo waterdoorlatend is dat er nauwelijks
drukniveau-verschillen in die laag - en dus on
der het asfaltmastiek - mogelijk zijn.
Als nu het bodemoppervlak ergens in het mid
den van het stortebed bol is en/of aan de randen
hol, dan zal, ter plaatse van het midden, het
drukniveau boven het asfaltmastiek laag zijn en
eronder hoog, omdat het drukniveau daar gelijk
is aan dat aan de randen.
Er is uitgebreid onderzoek verricht naar het
stroombeeld en het drukverloop boven de bo
dem voor de situatie met een weigerende
schuif. Daarmee is een bevredigend rekenmo
del ontwikkeld waarmee de drukverschillen
langs de bodem berekend kunnen worden voor
alle plaatsen van het stortebed.
Het blijkt dat een 20 tot 30 cm dikke laag asfalt
mastiek op enkele plaatsen onder extreme om
standigheden kan worden opgetild. Er gaat dan
waterstromen door die poreuze laag van staal
slakken naar het punt onder de asfaltmastieklaag
waarboven de druk het laagst is. Aanvankelijk
achtte men dit ontoelaatbaar: een grenstoestand
was overschreden. Later vroeg men zich echter
af of het opgetild worden van de laag asfalt
mastiek wel als grenstoestand moestworden
beschouwd. Uit de proeven in Lith en proeven
van de aannemer was namelijk gebleken, dat het
asfaltmastiek nietzou bezwijken voordat het
ongeveer 1 m of meer zou zijn opgetild.
Er zijn toen berekeningen uitgevoerd over de
hoeveelheid water die zou kunnen toestromen
door de laag staalslakken en over de vervormin
gen die het asfaltmastiek zou ondergaan als
functie van het drukverschil. Daaruit bleek dat
de kans dat het asfaltmastiek tot die hoogte zou
worden opgetild, aanvaardbaar klein is.
Uit een en ander mag worden geconcludeerd
dat het stortebed opgebouwd kan worden uit
asfaltmastiek van 20 tot 30 cm dik en dat het niet
hoeft te worden beschermd door een laag
breuksteen.
193