probleemgerichte projectgroepen wordt
verzorgd door medewerkers van de Deltadienst
zelf? Vanuit de ervaring tot nu toe, binnen de
Deltadienst, kan niet anders gezegd worden, of
het is gunstig dat de milieu- en inrichtingsdes
kundigen samen met de bouwafdelingen deel
uitmaken van één dienst. De medeverantwoor
delijkheid voor het plan als geheel heeft bij
voorbeeld invloed op de doelstellingen. Hierin
staat thans niet meer de bouw van de water
bouwkundige werken centraal, maar het
verschaffen van veiligheid in een bredere
context, in relatie namelijk tot het functioneren
van het gebied als geheel, met aandacht voor
alle betrokken belangen en voorde ontwikkeling
van nieuwe ecosystemen. Dit vergroot onder
andere ook de aanvaardbaarheid van het
project voor de buitenwereld. Hiervoor wordt
wel vereist, dat de doelstelling ook effectief
wordt ingevuld. De invulling waarin de aanvaar
ding van het plan door de bevolking en door
de beleidsinstanties zo'n belangrijke rol speelt,
zal vooral gestalte krijgen door de manier
waarop de beslissingen in de verschillende
fasen van het Deltaplan worden voorbereid en
genomen. De milieu-en inrichtingsdeskundigen
van de dienst kunnen daaraan belangrijk
bijdragen, afhankelijk van de manier waarop zij
hun deskundigheid inbrengen in de probleem
gerichte projectgroepen. Hun medeverantwoor
delijkheid voor het welslagen van het Deltaplan
als geheel legt een gunstiger vertrouwensbasis
voor de samenwerking met de bouwkundigen.
En wederzijds vertrouwen blijft een noodzake
lijke voorwaarde om tot goede oplossingen te
komen, die ook naar buiten toe aanvaardbaar
zijn. Om dat te bereiken heeft de hoofdafdeling
Milieu en Inrichting altijd gemeend zich niet
primair te moeten opstellen als belangenbehar
tiger, maar als een instantie die objectieve
kennis inbrengt over het milieu. Goede
milieukundige begeleiding kan derhalve
worden geleverd door medewerkers van de
dienst zelf, als deze begeleiding maar berust
op de inbreng van objectieve, zakelijke kennis
en niet op de standpunten van belangenbehar
tigers.
Om de gewenste objectiviteit in de deelprojec
ten te bewerkstelligen is vaak met vrucht
gebruik gemaakt van de methode van de
beleidsanalyse. In de beleidsanalyse worden
enige geselecteerde mogelijke oplossingen
systematisch met elkaar vergeleken op hun
consequenties ten aanzien van een aantal
relevante aspecten, waaronder milieu- en
inrichtingsvraagstukken. Als in een beleidsana
lyse de consequenties niet alleen worden
beschreven, maar ook beoordeeld, dient de
effect-beschrijving duidelijk gescheiden te
blijven van de effect-beoordeling.
De Deltawerken brengen een totaal andere
ruimtelijke ontwikkeling met zich. De kennis
die wordt gebruikt om de aanleg en het behee
van de werken te begeleiden, wordt mede
gebruikt om het integraal functioneren van de
gebieden te bewerkstelligen.
Met name bij de hoofdafdeling Milieu en
Inrichting hebben zich over dit onderwerp in
de loop der jaren denkbeelden ontwikkeld. He
gaat hier om het bevorderen van een optimali
besluitvorming, met een grote mate van
aanvaardbaarheid, zulks gezien het feit dat in
de hoofddoelstelling van de Deltadienst
voorkomt dat 'andere betrokken belangen
zoveel mogelijk [moeten] worden gediend,
althans zo weinig mogelijk worden geschaad,
waarbij speciale aandacht wordt besteed aan
het handhaven en verbeteren van de bestaanc
en aan de ontwikkeling van nieuwe ecosyste
men.'
Om hieraan gestalte te geven, wordt integrale
planvorming voorgestaan voor de afgesloten
gebieden als geheel; land en water moeten
daarbij in onderlinge relatie worden betrokken.
De integrale planvorming omvat het schetsen
van alternatieve mogelijkheden voorde ont
wikkeling van de gebieden, die in principe als
multi-functioneel worden beschouwd, zo lang
erten minste geen keuze is gemaakt inzake een
beperktaantal in te vullen functies. In zo'n inte
graal plan, of beleidsplan, wordt niet alleen aan
dacht besteed aan de ruimtelijke inrichting,
maar ook aan de beheersmogelijkheden. Het
een is zonder het ander niet goed denkbaar.
Bij het maken van deze plannen wordt de
methodiek van de procesplanning gehanteerd
Dit houdt in dat periodiek aanpassing plaats
vindt van het beleid en wel op grond van de
aangetroffen ontwikkelingen in het ecosystee 1
en op basis van autonome dan wel gewenste
ontwikkelingen van maatschappelijke functies
In de Deltabekkens waarin na de afsluiting
volledige nieuwe ontwikkelingen plaats
vinden, lijkt dit de enige toepasbare manier.
Het succes van de integrale planvorming is
afhankelijk van de samenwerking met vele
beleidsinstanties, op lokaal, regionaal en
nationaal niveau. Niet alleen voor het opstelk n
van het plan, maar ook voor de verdere
uitwerking is een langdurige, zo niet permane i-
te samenwerking nodig tussen de verschillen Ie
beleidsniveaus. Nadere bezinning daarop is i
de nabije toekomst gewenst; wellicht leidt di'
beraad tot de instelling van nieuwe beleidsee i-
heden.
Het idee dat gebieden als een eenheid moete 1
worden beschouwd, wint in toenemende ma 3
veld. Dit is ook te merken bij de daadwerkelij e
290