uitgewerkt op basis van hergebruik van de brug naar het werkeiland Neeltje Jans in de mond van de Oosterschelde. Na aanpassing van de brug zouden betonblokken en/of stortsteen vanaf vrachtauto's met kantelbare frames door een sleuf in het brugdek kunnen worden gestort. Doordat de opbouw van de sluitkades bij hulpbruggen, evenals bij kabelba nen, verloopt volgens fig. 4 (boven), moeten in de eindfase van de sluiting om de kruin van de kade verder te verhogen, relatief veel blokken gestort worden. Bij het alternatief met helikop ters wordt eerst een sluitkade tot N.A.P. - 5 m opgeworpen vanaf steenstorters en door onderlossers. Omdat daarna de capaciteit van het varend bedrijf sterk terugloopt, - men kan niet meer bij alle getijfasen storten - wordt de opbouw met helikopters voltooid. Dat gebeurt dan zoals in fig. 4 (beneden). Fig. 3. Overzicht Oesterdam, met dwarsdoorsnede van het sluitgat. 450

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1981 | | pagina 44