Kamster op Mosselen.
Doorzichtige Zakpijpen.
verband kunnen houden met de beschikbaar
heid van voedseldeeltjes in het water, maar
tevens met de beschikbaarheid van onbedekt
substraat: sedert de afsluiting heeft zich slib
afgezet, in een laagdikte tot 60 cm op 21 m
diepte. Van een dergelijke slibafzetting is in de
Oosterschelde nog geen sprake. Wanneer na
voltooiing van de werken de stroomsnelheden
in het grootste deel van het bekken gereduceerd
worden, is dit evenwel een factor die de op
substraten levende levensgemeenschappen
kan gaan beïnvloeden. Negatieve aspecten zijn
er soms ook. Het enige tijd geleden in Europa
ingevoerde Japans Bessenwier schijnt zich in
het Grevelingenmeer gevestigd te hebben en
vertoont daar een typisch cirkelvormig uitbrei
dingspatroon vanuit de inlaatsluis als centrum.
Deze soort heeft Engeland en Frankrijk op een
aantal plaatsen overlast bezorgd aan de
554
oeverrecreatie en de pleziervaart. De verdere
verspreiding ervan en de eventuele mogelijkhe
den tot bestrijding worden momenteel bestu
deerd.
Onderzoek
Het voornaamste doel van het huidige onder
zoek is het krijgen van duidelijkheid over de
werkelijke samenstelling van de verschillende
levensgemeenschappen, en van de factoren
die de verschillen veroorzaken. Met deze
informatie zijn ook voorspellingen mogelijk van
de toekomstige situatie.
Een aantal kenmerkende zaken wordt vastge
legd op foto en film. Daarnaast wordt aandacht
besteed aan de invloed op de begroeiing van
specifieke substraten, zoals ovenslakken, en
van de manier waarop substraten aangebracht
worden, met veel holtes, of juist een glad
oppervlak bij voorbeeld.
Ten slotte zijn verscheidene directe vragen
gesteld betreffende inrichting en beheer,
waarvan er één betrekking heeft op de invloed
die sportduikers hebben op het onderwaterleven
in de bekkens van het Deltagebied. De rol van
de duiker is in elk geval in één richting volstrekt
duidelijk. De methodiek van het onderzoek
berust op het inzetten van biologisch geschool
de duikers, die gebruik maken van aan de
vegetatiekunde ontleende en speciaal aange
paste opnametechnieken. Gelukkig beschikken
veel onderzoekinstituten, ook de hoofdafdeling
Milieu en Inrichting van de Deltadienst,
tegenwoordig over wetenschapsmensen die de
kunst van het duiken beheersen. Want wie niet
met eigen ogen gezien heeft hoe het onderwa
terleven verloopt, weet eigenlijk niet wat hij
aan het onderzoeken is.