gemiddeld getij voor enkele stations langs de
Oosterschelde, nu en in de eindsituatie.
Recente berekeningen tonen aan dat de kans
groot is, dat de waarden in de eindsituatie toch
nog hoger zullen liggen. Voor het gemiddeld
getijverschil te Yerseke wordt telkens 2,7 m
aangenomen.
Het zoutgehalte in de Oosterschelde, een
andere randvoorwaarde, wordt bepaald door
een groot aantal factoren, die niet allemaal te
beïnvloeden zijn. De getijbeweging verandert
onder invloed van de Oosterscheldewerken. De
zoutwateraanvoer vindt nu plaats via de
Volkeraksluizen en de Kreekraksluizen, maar
deze sluizen liggen in de toekomst achter de
compartimenteringsdammen; de Oosterschel
de zal dan met zoet water worden belast via de
Krammersluizen en de Bergsediepsluis. Andere
factoren zijn neerslag, verdamping en het
zoutgehalte van het zeewater. Bij de fluctuaties
in het zoutgehalte spelen bovendien seizoensin
vloeden een belangrijke rol. In de onderste
tabel links zijn enkele waarden vermeld
betreffende het zoutgehalte in de Oosterschelde
thans en in de toekomst.
de Grevelingendam beschikbaar zijn. Daarnaast
is het mogelijk om het water vanuit het Zoom
meer naar de Westerschelde te laten rondstro
oien via het Spuikanaal Bath, en wel als een
extra mogelijkheid, als het seizoen en de
weerssituatie dat nodig maken. De kosten
bedragen f5 miljoen. Tenslotte is men er bij de
faseringsstudie van uitgegaan dat de plaatsen
voor de zandwinning ten behoeve van de
sluitingen beide gelegen zijn nabij de sluitgaten
(figuur 1), en dat het mogelijk is om 270 000 ton
stortsteen uit de Grevelingendam en de
Markiezaatskade opnieuw te gebruiken.
Alternatief I
Met de vernauwing van de sluitgaten Krammer
en Tholense Gat zal bij alternatief I worden
gewacht tot de getijreductie als gevolg van de
Afhankelijk van het seizoen waarin de compar
timenteringsdammen worden gesloten, bestaat
de mogelijkheid, dat het zoutgehalte in delen
van de Oosterschelde daalt tot beneden de
aanbevolen waarden. Om dat te vermijden kan
men aanvullende beheersmaatregelen treffen
in de vorm van rondstromingen met zout water
(figuur 1).
Om rondstroming vanuit het Grevelingenmeer
naar de Oosterschelde mogelijk te maken zal
vanaf voorjaar 1983 de Flakkeese Spuisluis in
Fig. 3. Tijdschema behorend
bij Alternatief I
79
