enige nadelen verbonden: ze zijn duur, het zijn 'single-user' systemen, en ze zijn gevoelig voor mist, sneeuw en breking door luchtlagen. Verder is de bewaking en bijsturing van het meetproces arbeidsintensief; bovendien staan deze instrumenten aan de wal opgesteld, dus moeten de gegevens telemetrisch naar het werkschip worden overgezonden, en dat werkt sterk kostenverhogend. De noodzakelijke toepassing van zes 'Minilir'/'AGA'-combinaties, drie bij het plaatsen van de pijlers, twee bij het aanbrengen van de funderingsmatten en één bij het verdichten van de bodem - de laatste is tevens reserve - is al een totale investering van ongeveer f4,5 miljoen. Aan boord van het werkschip geven nauwkeurige gyrosystemen informatie omtrent de koers; trim en slagzij worden gemeten met versnellingsopnemers of inclinometers. Sommige werkschepen zijn tevens voorzien van diepgangmeters, zodat samen met de getijgegevens van HISTOS informatie verkregen kan worden over de werkhoogte. Wanneer een pijler wordt geplaatst installeert men daarop een speciaal ontwikkelde helling meter, die in staat is het statische en het dynamische gedrag gelijktijdig te meten. De genoemde meetsystemen geven hun informatie zo af, dat die direct door een computersysteem is uit te lezen en te verwerken. Voor de positiebepalingen onder water staan ook een aantal meetsystemen ter beschikking. Om te beginnen een groep van akoestische meetsystemen, variërend van echoloden via profielopnemers tot een akoestisch 'Super Short Baseline' onderwaterplaatsbepalings- systeem. Er zijn voor de bouw van de Oosterschelde- kering profileersystemen ontwikkeld die in staat zijn om met behulp van een nauwkeurig te sturen nauwe akoestische bundel afstands metingen uit te voeren ten opzichte van een zich onder water bevindend object. Tezamen met een hoekmeting aan de zendbundel kunnen op 30 m diepte objecten worden ingemeten met een nauwkeurigheid van enkele decimeters. Ook is speciaal voor dit project een zandlaagdiktemeter ontwikkeld, voor de controle onder water na het schoonzuigen van de funderingsmatten. Hiermee zijn zandlaagdik- ten tot op een halve cm nauwkeurig te meten. Behalve van akoestische systemen kan men ook van draadmeetsystemen gebruik maken, waarbij bijvoorbeeld de positie van de schepen wordt afgemeten aan de ankerdraadlengte ten opzichte van de verankeringspunten. Metingen van alleen de draadlengte zijn mogelijk, of van de draadlengte gecombineerd met de stand van de draad ten opzichte van de verticaal. Zo kan onder meer nauwkeurig gemeten worden hoe diep de zuigkoppen onder de ponton hangen. De toepassing is echter beperkt, omdat draadmetingen door stroom en vuil sterk beïnvloed kunnen worden. Tenslotte is er nog een groep van instrumenten die gebruik maken van hoekmeting, cilinder- standmeting, drukdozen, tasters, enzovoort. Al deze sensoren worden toegepast op bewegende delen - zuigkoppen, afgezonken balken en dergelijke - die in een rechtstreekse mechani sche verbinding staan met het werkschip, en maken dus gebruik van de vaste relaties die er onder water bestaan tussen het ingemeten meetpunt en het schip. Alle genoemde meetsystemen worden in het centrale meet-verwerkingssysteem aan boord van de werkschepen ingelezen. Hier vinden de nodige controles, conversies en berekeningen plaats, waarna de berekende gegevens, via een speciale beeldpresentatie-processor en op plotters en printers, aan de gebruikers worden gepresenteerd. Het meetproces wordt, tezamen met vele procesgegevens van het werkproces aan boord, ook nog integraal geregistreerd voor verdere verwerking en analyse aan de wal. Hoe deze verdere verwerking plaatsvindt, en hoe de uitwisseling van gegevens tussen de werkschepen onderling verloopt, komt nog ter sprake. Duidelijk is, dat hier metingen worden verwerkt met voor waterbouwkundige werken zeer hoge nauwkeurigheden: zorgvuldige ijkingen, vormbepalingen van vaste objecten, opstel- en richtpunten. Inclusief de bediening van de meet- en verwerkingsapparatuur omvat de organisatie van het meetwerk meer dan 100 medewerkers, als gezamenlijke inzet van aannemer en opdrachtgever. De vele gegevens die op de verschillende schepen worden verzameld, kunnen op heel verschillende manier worden te pas gebracht bij het uitvoeringsproces. Allereerst zijn de gegevens van belang voor verwerking ten behoeve van de proces-analyses. Daartoe worden ze in een speciaal daarvoor opgezet walverwerkingssysteem uitgewerkt. Maar ook is het in de verschillende stadia van de werkzaamheden nodig om gegevens uitte wisselen; dit kan het beste duidelijk worden gemaakt aan de hand van een voorbeeld. Wanneer de 'Cardium' een onder- en een bovenmat op een pijlerlocatie heeft gelegd, wordt na het verdichten van een vlakheidsmeting van de gehele fundering uitgevoerd. Deze gegevens worden naar het walverwerkingscentrum gestuurd; daar wordt dan berekend of er ter correcte een tegelmat 158

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1983 | | pagina 40