amenvatting hemanummer Oosterscheldekering n de Inleiding wordt de historische ontwikkeling teschreven van het ontwerp van de Oosterschel- 'ekering, vanaf het moment van de heroverwe eg in 1974 tot het definitieve ontwerp van de jlers, in 1979. De belangrijkste vraagstukken :e in dit verband een rol speelden, waren nerzijds de fundering en anderzijds de refabricage van de pijlers die zouden dienen s de ruggegraat van de gehele kering, etoond wordt in dit hoofdstuk hoe de fabrica te- en plaatsingsmethodiek van de pijlers en Je wijze waarop men het funderingsbed wilde ïaken, leidden tot de constructie van talrijke peciale werkschepen: een verdichtingsponton, een schip voor het storten van een los filter, en hefschip en een afmeer- en opschoonpon- on. Deze schepen vindt de lezer gefotografeerd ii beschreven op speciale bladzijden, verstrooid over deze uitgave. "Is eenmaal is gekozen voor een grote mate an prefabricage, wordt de Maatvoering tot en afzonderlijk probleem. Daarover gaat de veede bijdrage. De oorzaken van maatafwijkin- en worden hier geïnventariseerd en onder- heiden in plaatsings- en fabricage-afwijkingen nerzijds en afwijkingen ten gevolge van ittingen in de eindfase aan de andere kant. angenomen wordt dat alle maatafwijkingen atistisch verdeeld zijn, met een normale irwachtingswaarde en standaardafwijking, idens de bouw mag maar een gedeelte van toleranties worden verbruikt, maar daar aat tegenover dat afwijkingen die optreden ■t en met de pijlerplaatsing nog kunnen v/orden gecorrigeerd door aanpassing van die erdelen die tussen twee pijlers moeten ssen. Het belangrijkste onderdeel vormt met betrekking tot de maattolerantie de benodigde breedte van de schuifgeleidingen. In de praktijk werkt het tolerantiesysteem als een aantal samenhangende keuringscriteria, waarbij voor elke handeling vaste goedkeuringscriteria zijn aangegeven, en wel zo dat goedkope processen smallere marges hebben dan dure. In de volgende bijdrage, over Ontwerp en bouw van het bijzondere materieel, wordt een beeld gegeven van de wijze waarop tegelijk met het ontwerp van de stormvloedkering zelf, zich het ontwerp ontwikkelde van het bijzondere materieel voor de Oosterscheldekering. Sommige werkschepen, zoals de 'Macoma' en de 'Ostrea' zijn geheel nieuwe ontwerpen, andere, zoals de 'Taklift IV', alleen maar grotere exemplaren van een bekend ontwerp. In weer andere gevallen werd bestaand materieel aangepast of uitgebreid met nieuwe functies. Het nieuw ontworpen materieel is zo uniek, dat het voor een groot deel op dit werk moet worden afgeschreven. Het werd ontworpen in samenwerking met de aannemer, Dosbouw en door de aannemer namens de Rijkswaterstaat aanbesteed. Bij al deze schepen gold dat het puur scheepsbouwkundige gedeelte in belang werd overtroffen door het werktuigkundige, door de elektrische installaties en door de meetsystemen, die door onderaannemers moesten worden aangeleverd. De bouw van deze schepen was dan ook in de eerste plaats organisatorisch een moeilijke opgave. De werkschepen en de activiteiten die ze in de sluitgaten moeten ondernemen, worden vooraf uitvoerig beproefd. Bij die proeven gaat men uit van de ontwerpeisen, en houdt men rekening met systematisch geanalyseerde risico's. Ten behoeve van de procesanalyse worden de deelprocessen nader gesplitst in 'functionele verbanden'. Deze procedures worden besproken in het hoofdstuk Proeven met de werkschepen. Een volgend hoofdstuk handelt over de Meetactiviteiten. Jarenlang zijn metingen verricht om de hydraulische randvoorwaarden voor de Oosterscheldekering vast te stellen. Er is daarvoor een dicht meetnet opgezet in de Oosterscheldemond. Voor de bouw van de pijlers en de nauwkeurige plaatsbepaling bij de uitvoering van het werk is in de sluitgaten een stelsel van coördinaten en hoogtepunten aangebracht. Verschillende plaatsbepalings systemen werden geïnstalleerd. Tevens wordt de bodemtopografie geregistreerd. Op de grote werkschepen werden nauwkeurige meetsyste men opgesteld, bij voorbeeld bestaande uit automatisch volgende theodolieten, akoestische apparaten en draadmeetsystemen. Voor waterbouwkundige begrippen worden thans 177

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1983 | | pagina 59