Peilingen ten behoeve van de
stormvloedkering
ilingen verschaffen inzicht in de bodemligging
de bodemvorming van wateren, waaronder
zieren en zeearmen. Ze geven een beeld van
3 geulvorming, de onderzeese belopen, de
jging van platen en slikken en van
angrenzende oevers en kusten. Dit alles ten
enste van de scheepvaart, het beheer, studie
n onderzoek, en niet in de laatste plaats de
itvoering van werken.
n gebieden waar door hydrodynamische
omstandigheden of door erosie en sedimentatie
natuurlijke veranderingen plaats vinden, zullen
egelmatig peilingen plaats vinden uit het
oogpunt van doelmatig beheer; indien in
dergelijke gebieden evenwel naast natuurlijke
ook kunstmatige veranderingen plaats vinden,
foor de aanleg van grote waterbouwkundige
verken zoals de stormvloedkering in de
Dosterscheldemonding, ontstaat de noodzaak
/an een continu peilbedrijf. In een dergelijke
ituatie is sprake van een 'breed werkveld' voor
ie peilingen; er moet dan informatie worden
/erschaft omtrent de stand van het werk, de
omgeving van het werk moet worden bewaakt,
erwijl de natuurlijke en kunstmatige morfologi
sche veranderingen moeten worden gesigna-
eerd.
3ij de oprichting van de Deltadienst werd de
Hoofdafdeling Waterloopkunde belast met de
:org en de uitvoering van metingen, waaronder
ook peilingen. Daartoe werd destijds in het hart
van het Deltagebied de Meet- en Studieafdeling
Zierikzee opgericht. De hoeveelheid peilwerk
en behoeve van de Oosterscheldekering nam
aan het eind van de zeventiger jaren zo sterk
oe, dat daarvoor een aparte onderafdeling
oinnen de organisatie van het Oosterschelde-
oroject werd opgericht. Eerst gehuisvest te
Burghsluis, werd deze onderafdeling in 1981
overgebracht in het gebouw van de Uitvoe-
ngspost Stormvloedkering op het damvak
Heul, waar ondermeer een compleet nieuw
erwerkingscentrum en een lichtdrukkamer in
tebruik werden genomen, terwijl de peilvaar-
uigen een ligplaats kregen in de nabij gelegen
erkhavens. Bij de onderafdeling werken
nomenteel ongeveer 20 personen.
Bericht 91 (februari 1980) werd reeds een
eerste artikel gewijd aan peilingen rond de
stormvloedkering. Toen werd een globaal
inzicht gegeven in het soort werk. Dit artikel
gaat wat dieper in op een aantal andere
facetten. Achtereenvolgens zal aandacht
worden besteed aan eisen en apparatuur,
verwerking, produktiviteit vanaf 1979 en aan
een toekomstig perspectief.
De nauwkeurigheid van peilingen hangt samen
met het doel waarvoor ze worden gebruikt en
welke criteria eraan worden gesteld. Bij de
stormvloedkering ligt het accent op de uitvoe
ring van dagelijks terugkerende werkpeilingen
en op controle- en bewakingspeilingen over
het gemaakte werk. De bouwwijze van de
kering, waarbij uiterst nauwkeurige handelingen
onder water moeten worden verricht, houdt in
dat aan de peilingen de uiterste zorg moet
worden besteed. Enige voorbeelden van zulke
handelingen zijn: het graven van cunetten in
de stroomgeulen, de grondverbetering en
afdekking daarvan, de damaanzetten, het
mattenleggen, het pijlers plaatsen en het
opbouwen van de drempelconstructie; dit alles
in diep en snel stromend water, in de monding
van een aan zee grenzende getijrivier, waar
wind en golfslag hun invloed dagelijks uitoefe
nen.
Naast nauwkeurigheid speelt de produktiviteit
een belangrijke rol. Gedurende een aantal jaren
achtereen zal hier sprake zijn van een veelheid
van uitvoeringshandelingen onder water, in
drie omvangrijke geulen met aangrenzende
oevers en werkeilanden. De snelheid van
opname en verwerking zal zo hoog moeten zijn
dat een continue stroom van peilgegevens
ontstaat. Uit nauwkeurig overleg tussen
directie en aannemer volgen de voornaamste
eisen: plaatsbepalingsnauwkeurigheid tot 1
239