oorlichting over de Deltawerken is zo oud als
e Deltawerken zelf. Het voor u liggende
riemaandelijks Bericht is hiervan het bewijs: VOOnlChting OV6T d©
sze periodiek verschijnt al vanaf 1957. De OoSterSCheldewerken
erken hebben zich steeds mogen verheugen
i een ruime publieke belangstelling. Maar de
xenten zijn in de loop van de tijd wel
Brschoven.
j de besluitvorming rondom de Oosterschel-
aproblematiek en de uitvoering van de
erken werden de media en het publiek
itischer. Ook vereisten de economische
tuatie en de belangen van het bedrijfsleven
at de overheidsvoorlichting zich openstelde
1 aor promotionele activiteiten. De voorlichting
ende hierop in te spelen door een vakkundiger
i pzet.
et ligt voor de hand dat het Nederlandse
ubliek, dat het project moet financieren, wordt
gelicht over het beleid en de uitvoering
aarvan. De vraag is dan: doe je dit passief,
us alleen op aanvraag, of ook ongevraagd,
us actief?
i dit artikel zal blijken dat ervoor gekozen is de
urger door een actief voorlichtingsbeleid
aveel mogelijk te betrekken bij alle facetten
an de werken. Specifieke doelgroepen zijn
ovendien vaak geïnteresseerd in meer
edetailleerde informatie. Voorbeelden hiervan
jn het hoger technisch onderwijs, besturen
an waterschappen, provincies en gemeenten
n landbouworganisaties. Ook bij deze speciale
oelgroepen is er sprake van actief beleid,
ang niet altijd zal het echter lukken iedere
roep geïnteresseerden op een persoonlijke
tanier van dienst te zijn. Via media-voorlichting,
erkbezoeken, Driemaandelijkse Berichten en
>lders heeft ieder die dat wil wel de mogelijk-
sid zich op de hoogte te stellen van de
ntwikkelingen. Van recentere datum is de
Delstelling om middels gerichte internationale
oorlichting en public relations de Nederlandse
aterbouwkundige en ecologische kennis te
aleren. Hiertoe richt de voorlichting zich op
3 internationale pers, opiniërende dag- en
eekbladen en buitenlandse doelgroepen op
3t gebied van onderwijs, bestuur en bedrijfs
leven. Het realiseren van deze doelstelling kan
niet alleen een zaak zijn van de projectorgani
satie.
De in Bericht 103 (februari 1983) genoemde
projectgroep 'Centraal Overleg Voorlichting
Oosterscheldewerken', de COVO, is een
samenwerkingsverband van de directie
Voorlichting van het Ministerie van Verkeer en
Waterstaat, en voorlichtingsfunctionarissen en
projectmedewerkers van de samenwerkende
Rijkswaterstaatdiensten, met inbreng van het
bedrijfsleven en de Ministeries van Economi
sche Zaken en van Buitenlandse Zaken.
Persvoorlichting
Persvoorlichting neemt in ieder bedrijf en
organisatie een bijzondere plaats in. De media
geven enerzijds mogelijkheden tot onbetaalde
publiciteit over produkten of doelstellingen.
Anderzijds zullen de media er zoveel mogelijk
voor waken dat zij niet met louter positieve
berichten voor enig karretje worden gespannen.
De overheid dient trouwens zo open mogelijke
informatie te verstrekken over de stand van
zaken.
Naast de voordelen van openheid staan
uiteraard nadelen. De pers werkt snel. Ook over
nog niet uitgekristalliseerde gegevens en
plannen zal men toch al gaan publiceren. De
organisatie daarentegen is geneigd eerst
volledig inzicht te willen hebben in alle facetten
van een nieuwsfeit, alvorens dit aan de open
baarheid prijs te geven. De beslissing om al
dan niet actief informatie te geven zal mede
bepaald worden door het verschil in belangen
en maatschappijvisie binnen de organisatie.
Het bestaande interne overleg kan door een
actief voorlichtingsbeleid danig worden
371