van akoestische zandtransportmeters en pompfiltersystemen leerde dat de systemati sche afwijking bij concentraties van ongeveer 100 mg/liter klein is. Uit een groot aantal metingen bij de Oosterscheldekering tijdens dood en gemiddeld tij blijken ook geringere concentraties dan 100 mg/liter voor te komen. Afwijkingen van meer dan 10% kunnen mede veroorzaakt worden door een te gering aantal ijkingen in de lage-concentratieband van de vuilwatergoot. Ook hierom blijft bemonstering met een pompfiltersysteem bij voortduring geboden. Met deze laatste methode wordt behalve van zand van meer dan 50 micron een klein percentage zout en slib kleiner dan 50 micron meegewogen. Vooral bij kleine monsters is het aandeel van het slib daarin groot. Sinds kort beschikt de meetdienst tevens over een ijktoestel, dat bestaat uit een soort spaken- wiel dat in het meetvolume wordt geplaatst en rondgedraaid. Hiermede kan de grootte en de stabiliteit van de uitgangspanning en dus de concentratie worden bepaald. Behalve bij de stormvloedkering zullen zeer zeker ook metingen met akoestische zandtran sportmeters bij de compartimenteringswerken nodig zijn, zeker nu er sprake zal zijn van zandsluitingen aldaar. Ook ten behoeve van de morfologische voorspelling van de verande ringen die zullen optreden na het gereed komen van de stormvloedkering zijn zandme- tingen uitgevoerd, evenals bij een studie die diende ter vastlegging van de huidige stroom- situatie in het bekken. We kunnen dus wel stellen dat met de komst van de Akoestische Zandtransportmeter een bijzonder waardevol en efficiënt meetinstrument aan het instrumen tarium is toegevoegd; het biedt unieke moge lijkheden om in hetzelfde kleine meetgebied simultaan en met een hoge frequentie nauw keurig tegelijk de zandconcentratie èn de stroomsnelheid en -richting te meten. 436

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1984 | | pagina 34