een grafiek uit te zetten tegen de tijd. Hierbij gaat het meestal om gegevens die zijn gemeten op een vaste diepte, 8 of 6 m onder het water oppervlak. Wanneer de stroomsnelheid achtereenvolgens op verschillende diepten in de verticaal wordt gemeten, worden de resultaten op een afzon derlijk papier uitgezet tegen de gemeten waterdiepte; men verkrijgt daarmee een stroomsnelheidsverticaal. Van de stroomsnel- heidsverticalen wordt de gemiddelde snelheid bepaald en vervolgens uitgezet tegen de tijd. In de stroomsnelheidsgrafiek worden de belang rijkste handelingen van het mattenlegproces, zoalszezijn genoteerd door de meetcoördinator, op het juiste tijdstip vermeld. Bij het leggen van de bovenmatten werd over het algemeen tevens gemeten met de Akoesti sche Zandtransportmeter, op ongeveer 2 meter boven de bodem. Het meten van het zandtran- sport was nodig, omdat tussen de onder- en bovenmat maar een geringe hoeveelheid zand aanwezig mocht zijn. Bij een zwevend zandtrans- port van 100 mg/l bij 0,40 m/sec moest al van de vaste cyclushandelingen afgeweken worden. De gemeten zandconcentraties werden samen met de gemeten stroomsnelheden en -richtin gen eveneens in een grafiek gezet. De posities van de meetschepen en werksche pen werden in een situatieschets ingetekend, met vermelding van de sensoren waarmee de gegevens waren ingewonnen. Vervolgens werden op een standaardformulier nog enkele gegevens vermeld over het opgetreden en voorspelde verticale getij, de getijcoëfficiënten en de kenteringstijdstippen. Om op een later tijdstip nog eens gebruikte kunnen maken van de gestaag groeiende berg informatie is een geautomatiseerd archief opgezet. In dit archief werden voor elk pijlervak de uitgevoerde metingen met de bijbehorende situationele omstandigheden opgenomen op een computerschijf. Tenslotte werden alle primaire gegevens als voorlopige resultaten zo snel mogelijk onder de belanghebbenden verspreid. De secundaire gegevens omvatten tenslotte de originele gegevens, aangevuld met resultaten verkregen aan de hand van studie. Ze worden achteraf als definitief meetverslag verspreid. 540

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1984 | | pagina 24