Inspectie onder water De samenbouw van de Oosterscheldekering geschiedt voor een belangrijk deel onder water. Nu weten wij allemaal hoe hard we onze ogen nodig hebben om onze handen en instrumenten te besturen. Wie niet ziet wat hij doet, maakt al gauw de raarste fouten. Dit geldt ook bij de opbouw van een groot waterstaatkundig werk, en speciaal dit kunstwerk, met zijn geringe toleranties. Naast alle elektronische inspectie- en plaatsbepalingssystemen is er derhalve behoefte aan visuele inspectie. Ook dit aspect van het werk kan in principe worden gemechaniseerd: zichzelf voortbewegende onderwatercamera's of sensoren kunnen hun informatie doorseinen naar een waarnemer aan de oppervlakte. Dat is speciaal dan nuttig wanneer moet worden verkend op plaatsen waar de mens niet kan komen, of waar het voor hem te gevaarlijk of uitputtend wordt. In veel gevallen heeft het echter zin, goed opgeleide mensen naar beneden te sturen. Zij kunnen een situatie niet alleen waarnemen, maar ook beoordelen. Tenslotte kunnen zij, en daar gaat het in de praktijk veelal om, onder water ook maatregelen treffen om vastgestelde schades te verhelpen. Dit artikel zal dan ook voor het grootste deel handelen over het

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1985 | | pagina 20