In dil artikel gaan we voornamelijk in op de
toep. ssing van breuksteen in de drempel, de
breukstenen dammen en de overgangscon-
struc es. We behandelen het ontwerp, de
lever tg, de verwerking en de controle op de
kwali eit van het materiaal. Overigens is een
aant. van deze aspecten reeds eerder
uitvo rig behandeld, bijvoorbeeld in de
Beric iten 98 (november 1 981101 (augustus
1982 102 (november 1982) en 105 (augustus
1982
De d ampel van de Oosterscheldekering dient
een aantal functies te vervullen. De voornaam
ste d arvan zijn bescherming van de onder-
gron tegen erosie en steun aan de pijler.
De d >mpel is echter ook een onderdeel van
de ke ing als geheel, en heeft dus bij gesloten
kerin een afsluitende functie en bij open
kerin een stroomgeleidende functie.
Om du ondergrond te beschermen dient de
drerr el te worden opgebouwd als een
filtercanstructie met als randvoorwaarden
ener7 ids de afmeting van de korrels van de
onde grond en anderzijds de stroombestendig-
heid 1 sn de toplaag onder ontwerp-omstandig-
hede!
De et ste laag van de drempel, gerekend van
bene< sn af, bestaat uit materiaal dat in
voldo nde mate als filter fungeert ten opzichte
van h t onderliggende materiaal, in dit geval
het ft ideringsbed; grind 8/40 mm vormt de
bover ste laag van de funderingsmatten, en
breuk teen 40/250 mm dient als afdekking
van h t losgestorte filter tussen twee matten.
Als et ste laag van de drempel is derhalve
breuk teen of slakken 40/250 mm gebruikt.
De bc 'enste laag van de drempel bestaat
daare tegen uit zware stortsteen, variërend
van b uksteen 300/1000 kg tot op sommige
plaats n stenen met een stukgewicht van 6
tot 1C ton.
Om te voldoen aan de filtereisen wordt de
drem; el opgebouwd uit een aantal lagen van
loskoi elige materialen, waarvan de diameter
van b neden naar boven steeds toeneemt.
Iedere laag is in staat het materiaal van de
laag e onder vast te houden, ook wanneer bij
gesloi n kering ten gevolge van een groot
water andsverschil tussen de Noordzee en de
Ooste chelde een sterke waterstroming door
de dre npel trekt. Deze stroming kan zeer
sterk orden, dus de filterwerking van de
lagen oldoet slechts dan wanneer de
streng te filtereisen worden toegepast: de
holle r mten tussen de korrels van de
filterla g moeten kleiner zijn dan de korrels
van de onderliggende laag. Zo'n filter wordt
'geom trisch ondoordringbaar' genoemd.
Behah dat de korrelverdelingen van de
opeenvolgende lagen binnen relatief nauwe
grenzen op elkaar moeten worden afgestemd,
geldt ook de eis dat de materialen stabiel
blijven tijdens de bouw van de kering. Pas de
voltooide drempel wordt immers beschermd
door de zware stenen in de toplagen die zijn
berekend op extreme omstandigheden. De
steenlichamen van de drempel en de breuk
stenen dammen dienen tenslotte ook nog in
grondmechanisch opzicht stabiel te zijn.
Gezien de randvoorwaarden ten aanzien van
de filterwerking, de stroombestendigheid en
de grondmechanische stabiliteit, worden er
aan de eigenschappen van het materiaal hoge
eisen gesteld betreffende de dichtheid, de
sterkte, de korrel- of massaverdeling, de
steenvorm, de wrijvingseigenschappen, de
doorlatendheid en de bestendigheid in
zeewater. De eisen die men kan stellen
worden echter beperkt door de beschikbaar
heid van zulke materialen in voldoende
hoeveelheid en tegen aanvaardbare kosten.
Daarom is een uitgebreid vooronderzoek
ingesteld, en is mede aan de hand van
proefleveringen bepaald welke steensoorten
en -sorteringen voor verwerking in aanmerking
komen. Met die informatie is het ontwerp
verder uitgewerkt.
De bestaande voorschriften voor de levering
van breuksteen bleken niet toereikend te zijn
voor de eisen die dit ontwerp stelde. Derhalve
heeft men gedurende het onderzoek nieuwe
kwaliteitsnormen moeten ontwikkelen. De
nieuwe eisen sluiten beter aan bij hetgeen in
de praktijk haalbaar is.
De dichtheid van het materiaal bepaalt de
stroombestendigheid. Het blijkt voor de
Oosterscheldekering aantrekkelijk de toplagen
van de constructie te maken van breuksteen
met een hoge dichtheid, ofwel een soortelijke
massa van 3000 kg/m3. Voor de fijnere lagen,
die in de eindfase zijn afgedekt, is volstaan
met breuksteen met een lagere dichtheid en
een soortelijke massa van 2700 kg/m3.
Wil de filteropbouw ook na lange tijd aan de
gestelde eisen blijven voldoen, dan moet met
het oog op breuk bij de verwerking en de hoge
druk in de eindfase een ondergrens aan de
sterkte van de breuksteen worden gesteld. De
verbrijzelingswaarde is een maat voor die
sterkte. Ze geeft aan welk percentage van de
steen bezwijkt bij een standaard-vermorze-
lingsproef. Voor de stormvloedkering wordt
voor het grootste deel breuksteen geleverd
met een verbrijzelingswaarde van ten hoogste
25%, en voor een kleiner deel steen met een
verbrijzelingswaarde van ten hoogste 35%.
De massaverdeling van de steenstukken biedt,
meer dan de overige materiaaleigenschappen,
295