Fig I Principe van het rekenmodel voor dijkafslac Duin ifslag Rekening houden met de effecten van een zandgolf kan soms tot aanzienlijke besparingen leiden. Voor de duinverzwaring bij Oranjezon op Walcheren was volgens de lineaire regressietheorie 300 000 m3 zoet zand nodig. Door rekening te houden met de in aantocht zijnde zandgolf kon dit tot de helft worden verminderd. Daar het zand voor de duinverzwa ring in een natuur- en waterwingebied gewonnen moest worden, was de beperking van de benodigde hoeveelheid erg welkom De foto op p. 374 geeft de zandwinplaats weer. Zonder inzicht in zandgolftheorie zou men de kuil dus twee keer zo groot hebben gemaakt. In het verleden heeft men getracht de kustero- sie tegen te gaan door de bouw van strand hoofden. Dit had eigenlijk alleen enig succes als de hoofden voldoende ver de geul in staken. Het bleek dan nodig om de koppen van deze hoofden tot grote diepte te verdedigen met stort- en zinkwerken. Eigenlijk kan men dan nog nauwelijks spreken van strandhoofden. In sommige gevallen is een duinvoetverdedi ging aangebracht. Zo'n maatregel maakt een einde aan de achteruitgang van het duin, maar niet van het strand en de vooroever. Bij kusten die slechts heel weinig achteruitgaan biedt zo'n duinvoetverdediging enig soelaas, alhoewel het ten koste gaat van de breedte van het droge strand. Als de kustregressie enige omvang heeft, zal de duinvoetverdediging na een aantal jaren moeten worden omge bouwd tot een zeedijk. Door de uitbreiding van het hoofdenstelsel tot een vrijwel gesloten stelsel van stenen hoofden, paalhoofden en paalschermen, soms met zeer zwaar verdedigde koppen, heeft men de kusterosie enigszins kunnen verminderen. 373

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1986 | | pagina 39