schatting; binnen de groep filtrerende
schelpdieren is een duidelijke verschuiving
naar meer mosselen en minder kokkels; de
bruto primaire produktie wordt nu duidelijk
hoger geschat, en wel op 350 ton koolstof per
dag; de import van organisch koolstof uit de
Noordzee blijkt marginaal, ongeveer 10 ton
per dag, terwijl vroeger 370 ton werd aange
nomen; tenslotte wordt de mineralisatie van
afgestorven materiaal nu hoger ingeschat.
Met name uit de laatste drie punten volgt dat
het Oosterscheldesysteem niet afhankelijk is
van import van organische stof uit de Noordzee;
het is een autarkisch systeem. Opvallend is
het grote stoftransport uit de waterfase via de
filtrerende schelpdieren naar de bodem.
Dat de Oosterschelde vrijwel een gesloten
systeem blijkt te zijn, betekent natuurlijk niet
dat de stormvloedkering geen enkele invloed
heeft, ofschoon er dus geen sprake is van
gedwongen i-mportbeperking. Er veranderen
zeker processen in het estuarium. Zo zal de
helderheid groter worden omdat er minder
slib opwervelt als gevolg van de lagere
stroomsnelheden; dit kan leiden tot een
hogere primaire produktie. Daartegenover
staat echter de lagere nutriëntenbelasting als
gevolg van de compartimenteringsdammen
Zoals gezegd worden deze interne processen
496
De stormvloedkering kan de
uitwisseling reguleren tussen
Noordzee en Oosterschelde
op basis van het jaargemiddeldenmodel
geschematiseerd tot een simulatiemodel dat
van dag tot dag het systeem kan doorrekenen
Dit is de tweede fase van het modelonderzoek
Met behulp van dat model zullen de gevolgen
van de kering op het ecosysteem kunnen
worden ingeschat. Maar ook is de potentiële
draagkracht voor de schelpdieren naar
verwachting te berekenen, en kan het model
een operationeel middel zijn bij toekomstige
beleidskeuzen.
De resultaten zullen in 1987 beschikbaar
komen. Als voorproefje toont figuur 5 een
tentatief beeld van het chlorofylgehalte in het
oostelijk deel van de Oosterschelde, gebaseerc
op onvolledige gegevens. Voor een gemiddelc
jaar is de oorspronkelijke situatie vergeleken
met de toekomstige. In de figuur is te zien dat
het omgaan met onzekerheden een belangrijk
facet van het modelleren van ecosystemen is.
Zoals bij het jaargemiddeldenmodel is
getoond, hoeven onzekerheden echter een
zinvol resultaat niet in de weg te staan.