1
2
s.
X
X
X
V
N
•v.
S.
Hs 4m
Hs 3m
Hs 2m
Hs 1m
1:3 1:4 1:5 1:6 1:7 1:8
HELLING BUITENBELOOP 1:n
dig Laboratorium stelde met zoveel woorden
vast 'dat de klei-erosie betrekkelijk snel
optreedt, na enkele uren golfaanval is voltooic
en in dikte beperkt is tot 5 a 10 mm'. Zelfs bij
een zo zandhoudende bovenlaag viel de erosie
al stil op het moment dat de dijk volgens het
rapport nog 'ongeschonden gebleven' mocht
worden genoemd. De conclusie werd dan ook
getrokken, dat zelfs van verscheidene herha
lingen van een dergelijke Deltastormproef
nauwelijks nog enige toeneming van de erosie
zou zijn te verwachten. Reden om te besluiten
tot het uitvoeren van een proef met uitschake
ling van de getijwerking, die de belasting
tenminste nog verdeelt over de dijkhoogte.
Wat nu volgde was in feite een surrealistische
proef met een stagnante hoogste waterstand
en permanent de maximaal haalbare golfbe-
lasting. Doch zelfs bij deze onnatuurlijk zware
proef werd na 72 uur vastgesteld dat er niets
van een verdergaande erosie te bespeuren
viel. Pas toen de bovenste 7 centimeter van
de graszode, en daarmee het meest functionele
deel van het wortelstelsel werd weggestoken,
ging het erosieproces na 5 uur verder;
overigens nog alleen in de brekerzone.
In het rapport van het Waterloopkundig
Laboratorium wordt dit indrukwekkende
sterktegedrag van een groene dijk toegeschre
Fig. 2. Dijkinhoud in relatie
tot de helling van het buiten
beloop en de significante
golfhoogte Hs, uitgaande van
een gemiddelde dijkzate op
5m beneden ontwerppeil.
Fig. 3. Representatief profiel
van de groene Deltadijk op
Ameland
De nieuwe groene dijk op
Schiermonnikoog