Een integraal beleidsplan voor de Westerschelde I e Westerschelde kent omvangrijke aheersproblemen: de vele gebruiksfuncties sbben teveel onderling conflicterende ïlangen. Een van de belangrijkste proble- en waar de beheerder van deze internatio- le vaarweg mee wordt geconfronteerd, is vervuiling van het water en de bodem >or de industriële lozingen in het stroom bied van de Schelde en de Westerschelde. aarbij komt dat er steeds moet worden ibaggerd om de vaarweg in stand te auden of te verbeteren. Dit tast de natuur- ke dynamiek van het systeem aan, en het aroorzaakt aantasting van de oevers en ;horranden. Vooral gezien vanuit de n atuurfunctie maakt dit de Westerschelde t t een probleemgebied. A deze menselijke ingrepen en ontwikkelingen zi n geleidelijk verlopen over een periode van ti ntallen jaren. Niettemin tasten zij het w. Jtersysteem in zijn functioneren en potenties d apgaand aan. H it beleid dat werd gevoerd ten aanzien van d verschillende functies vertoonde tot nu toe e n ad-hoc-karakter. Het is per functie met de tij i mee ontwikkeld zonder dat daarbij e; igerlei integratie-gedachte voorop heeft g staan. D i visie op het beheer van watersystemen is e hter in: het laatste decennium aantoonbaar V randerd. De integratie van delen van de Wet V rontreiniging Oppervlaktewater, de Grond- vi sterwet en de Wet op de Waterhuishouding ir één nieuwe Wet op de Waterhuishouding, is daar een voorbeeld van. Dit veranderings- p oces heeft dan ook aanleiding gegeven tot h )t opstellen van een integraal beleids- en b ;heersplan voor de Westerschelde. t 3 provincie Zeeland, het rijk, en de aan de V esterschelde grenzende gemeenten en v aterschappen hebben daartoe begin 1986 t jsloten. Dit plan heeft tot doel een integrale sie op het Westerscheldegebied tot stand te t engen, en beleid te formuleren dat gericht is d het verwezenlijken van die visie. Daartoe 3nt afstemming plaats te vinden van het or de betrokken overheden te voeren t )leid, en dienen uitspraken te worden c daan over de wijze waarop het bestuurlijk idisch instrumentarium van de beleidvoer- f ;rs inzake de Westerschelde kan worden gezet. Het integrale beleidsplan voor de esterschelde krijgt zelf geen juridische atus. Het vormt echter, nadat over de houd overeenstemming is bereikt, voor de etrokken overheden de inhoudelijke basis voor plannen in de sfeer van de ruimtelijke ordening en met betrekking tot het waterbe heer. Een beleidsplan voor de Westerschelde blijkt niet goed te kunnen worden opgesteld uitsluitend aan de hand van het tot nu toe verrichte onderzoek. Er moet meer onderzoek komen dat kan bijdragen aan het maken van verantwoorde beleidskeuzes en aan de uitwerking van het beleid. De onderzoeken die nog in de Westerschelde moeten worden verricht, hebben vrijwel allemaal betrekking op de morfologie en de water- en bodemkwaliteit. Een deel van het lopende onderzoek heeft betrekking op het maatschappelijk functioneren van de Wester schelde. De resultaten ervan zullen eerst worden gebruikt bij het uitwerken van een aantal beleidsmogelijkheden. Daarna zullen ze worden toegepast bij het opstellen en uitvoeren van het gekozen beleid. Alvorens op het lopende en het nog te verrichten onderzoek in te gaan, beschrijven we eerst uitgebreider welke problemen en conflicten er spelen met betrekking tot de Westerschelde. De morfologie omvat het geheel van verande ringen in het bodemprofiel, zowel door natuurlijke processen als door menselijke ingrepen. Eén van die processen is het verplaatsen van bodemmateriaal door de stroming, zodat het bodemprofiel verandert. Omgekeerd wordt de waterbeweging beïnvloed door dat bodempro fiel. In een natuurlijk systeem bestaat er in dit opzicht een dynamisch evenwicht. In de Westerschelde wordt dat verstoord door baggeractiviteiten en zandwinning, waarbij

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1987 | | pagina 29