De blokkering werd uiteindelijk uitgevoerd in de vroege ochtend van woensdag 22 oktober. Spoedig daarna kon de stormvloedkering bij eb weer open, na 57 uur gesloten te zijn geweest, met een onderbreking van 5 uren, waarin een opening van 25% was aangehouden om de vogels in het Oosterscheldegebied gelegenheid tot fourageren te bieden. Het ophogen van de kade tot N.A.P. +5 m werd met de 'Zuiderklip' uitgevoerd; dat karwei was gereed op 27 oktober. Eendracht Bij de verkenning van de milieu-aspecten was gebleken dat sluiting van de compartimente- ingsdammen bij voorkeur in het voorjaar of ïajaar moest plaatsvinden. Toen om budget- aire redenen overwogen werd om de sluiting an het Krammer niet direct na de sluiting van iet Tholense Gat uit te voeren, zoals tot dan oe gepland was, maar een half jaar later, zijn :r berekeningen gemaakt naar de gevolgen iervan voor de Eendracht, zowel ten aanzien an de morfologie als in verband met de cheepvaart. Door het uitvoeren van preven- eve bestortingen, de aanleg van depots ten ehoeve van verwachte aanvullende bestortin- en en scheepvaartbegeleiding zou de roblematiek op aanvaardbaar niveau gehou- en kunnen worden, was de conclusie, oen de stormvloedkering na de sluiting van et Tholense Gat weer werd geopend bleken e stroomsnelheden in de noordelijke mond an de Eendracht nog 30% sterker te zijn 1 tegenomen dan van tevoren was berekend, iaatselijk kwamen snelheden voor van meer an 2 m/s, hetgeen de scheepvaart voor grote r ioeilijkheden plaatste. Bovendien ontstond vijfel of de preventief uitgevoerde bestortin- en op verscheidene plaatsen langs de oevers an het kanaal wel voldoende zouden zijn om e stabiliteit van de aangrenzende hoogwater- eringen te garanderen, aarom werd besloten de stroomsnelheden nigszins te reduceren door de stormvloed- ering zover te sluiten, dat bij Yerseke een etijverschil van gemiddeld 2 m zou optreden, tngeveer gelijk aan de situatie bij doodtij. In verleg met belanghebbenden werd, na anvullende bestortingen, een beheer van de tormvloedkering afgesproken waarbij het getijverschil op 2,70 m zou worden afgetopt. In de praktijk kwam dit neer op een gemiddelde van ongeveer 2,50 m en één op de vier keer een overschrijding van de 2,70 m. Tot aan de sluiting van het Krammer is de kanaalbodem van de Eendracht aanzienlijk geërodeerd. Op verscheidene plaatsen waar de bodem uit fijn zand bestond, moesten opnieuw aanvullende bestortingen worden uitgevoerd om de 4 a 5 m diepe ontgrondings- kuilen op veilige afstand van de dijken te houden. De scheepvaartbegeleiding die was voorzien werd uitgebreid tot twee vaartuigen; ononderbroken werd de scheepvaart geïnfor meerd over de actuele situatie ten aanzien van de stroomsnelheden, het stroombeeld en de ondiepten. Bovendien was gedurende de moeilijkste fase van het getij, rond maximale eb, een sleep/blusboot gereed om in te grijpen als zich een calamiteit mocht voordoen. Krammer Bij de bouw van de compartimenteringsdam- men verkeerde men in de unieke omstandig heid, dat er korte tijd na elkaar twee sterk overeenkomende zandsluitingen zouden worden uitgevoerd. Uit de ervaring die werd opgedaan tijdens de zandsluiting van het Tholense Gat konden enkele van de in het ontwerp van de zandsluiting van het Krammer aangenomen onzekerheden opnieuw be schouwd worden. Gezien de geringe tijd tussen het gereedkomen van de stormvloedkering en het gebruik ervan ten behoeve van de sluiting van het Tholense Gat, was gekozen voor een eenvoudig gebruik van de stormvloedkering. Slechts reductie van de doorstroomopening van de stormvloedke ring kwam in aanmerking en het aantal scenario's bleef gering. Het gebruik van de stormvloedkering tijdens de sluiting van het Tholense Gat bleek zo probleemloos te verlopen, dat geen enkele aanpassing van het ontwerp van de sluiting van het Krammer op dit gebied noodzakelijk was. Het afregelen met de stormvloedkering van het getij op de vervalnorm uit het bestek verliep zonder moeilijkheden. De gehele sluiting van de stormvloedkering betekent niet dat de waterbeweging in het Oosterscheldebekken geheel verdwijnt. De lek in de stormvloedkering, veroorzaakt door de aanstortingen van de dorpelbalken en de spleten tussen de schuiven en de boven- en dorpelbalken, houdt een kleine getijbeweging in stand op de Oosterschelde. Zo zouden de stroomsnelheden in het sluitgat in de laatste fase toch nog aanzienlijk kunnen oplopen. De sluiting van het Tholense Gat was een goede gelegenheid om de lek van de stormvloedkering vast te stellen. De stormvloedkering is eind oktober gedurende twee dagen dicht geweest. Door met behulp van het getijmodel de getijden voor verschil lende lekopeningen van de stormvloedkering 625

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1987 | | pagina 25