I 'erleg het grote belang van deze gebieden
1 -ar voren. Elke vierkante meter schoropper-
ak die verloren zou gaan bij de dijkverbreding,
ende hier beslist te worden gecompenseerd.
WIERINGER ZEEDIJK
t NIEUWE BUITENBERM
1 aar in vroegere jaren door de Dienst der
t uiderzeewerken klei was gewonnen voor
jkbekleding. In overleg met Staatsbosbeheer
v erd een plan gemaakt om dit inlaaggebied in
1 richten als natuurgebied. De eilandjes in
:n waterpartij hebben een passende vegetatie
t ïkregen, die momenteel huisvesting biedt
f in verscheidene vogelsoorten. Het publiek
f n kennis nemen van de aanwezige flora en
f una door raadpleging van een daar opgesteld
orlichtingspaneel.
1 n noorden van Hippolytushoef was in de
rige eeuw een kweldergebied op het wad
ii gedijkt met lage kaden. Dit poldertje,
uitenveld' of 'Normerven' genoemd, werd
c or Zuiderzeewerken eveneens benut voor
k aiwinning ten behoeve van de dijkverhogin-
g n. Bij de huidige dijkverzwaringswerken
v rrden buitendijks wat kaden en enkele net
t ven hoog water uitstekende zandgronden
a ngetroffen. Ook hiervan ging nog een strook
v n 20 meter verloren. Met gebaggerde
c netgrond en opgespoten zand werd het
ormerven' gereconstrueerd en ingericht als
t oedgebied en hoogwatervluchtplaats voor
v gels. Op enkele eilandjes zijn kleischelpen
a ngebracht, terwijl de begroeiing aan de
r tuur wordt overgelaten.
L ngs de Balgzanddijk waren enkele begroeide
s horren aanwezig met grote natuurweten-
happelijke waarden, die onmisbaar waren
f s overtijingsplaats en broedgebied voor vele
t induizenden wadvogels in dit gedeelte van
I c 3 Waddenzee
I f e 'Werkgroep Balgzand' bracht in het
Niet zo gemakkelijk in dit gebied met slappe
ondergrond, maar ook niet onmogelijk. Het
dijktracé kon uiteindelijk zo worden gepland
dat het 'Kooihoekschor' nagenoeg niet werd
aangetast: aan de binnenkant van de bestaande
dijk was ruimte aanwezig voor de verbreding.
Langs de rest van de dijk moest echter 4
hectare schor worden opgeofferd aan de
dijkverzwaring.
Na intensief overleg werd besloten een nieuw
kunstmatig schor te maken bij het 'Van
Ewijksluis-schor'. Dit nieuwe schor moest een
eilandachtig karakter hebben, een soort
schoorwal, op 200 a 250 m afstand van de
dijk, maar er nog wel mee verbonden. Zo
mogelijk moesten er verschillende zones
worden gecreëerd voor zoute plantenvegetatie,
respectievelijk oplopend van wad naar
pionierzone en van lage kwelder naar hoogste
kwelder. Op het hoogste gedeelte, één meter
boven hoogwater, zouden kleischelpen
moeten worden aangebracht om sterke
begroeiing tegen te gaan. Om afslag door
golfaanval te voorkomen werd een verdediging
aangebracht in de vorm van een aantal
rijshoutdammen. Het 5 hectare grote nieuwe
schor werd in het voorjaar van 1 985 in
gebruik genomen door de vogels.
De ervaringen hebben geleerd, dat er uitste
kend kan worden samengewerkt tussen
dijkenbouwers en natuurliefhebbers. De
bereikte resultaten hebben alle betrokkenen
veel voldoening gegeven, niet alleen de vele
tienduizenden wadvogels, maar eveneens de
tijdelijke 'vreemde vogels': de dijkenbouwers.
Ook in het voorjaar van 1987 werkten ze
rustig naast elkaar door, de een bouwend en
de ander broedend
655