Het 't0-alternatief' - dat wil zeggen géén
project - moet in de besluitvorming als
serieus alternatief worden meegenomen
Onderzoek moet een integrerend onderdeel
vormen van de projectbegeleiding, van het
begin tot het eind. Er moet ruimte blijven voor
technische aanpassingen, ook als het feite
lijke project voorbij is. Het project is immers
niet gereed als de werken gereed zijn Juist
het daaropvolgende transformatie- en adapta
tieproces behoeft intensieve aandacht.
Indringende bemoeienis van alle betrokken
bestuurders tijdens het project is van vitaal
belang
Nieuwe milieus bieden, mits goed begeleid,
talloze nieuwe mogelijkheden Hierop moet
worden ingespeeld, want systemen zijn in hun
ontwikkeling, binnen zekere grenzen,
stuurbaar.
In de Oosterschelde zijn talloze voorbeelden
te vinden van toevallig geleide ecologie. Zo
voegde de mens, door het aanbrengen van
harde oevers, bodemverdedigingswerken en
betonnen pijlers, een milieu als van een
rotskust toe aan het gebied. Als het milieu er
is, volgt de levensgemeenschap vanzelf, ja is
zelfs niet tegen te houden.
Het glasheldere, relatief warme en soorten-
rijke oostelijk deel van de Oosterschelde is
ontstaan na een dijkdoorbraak. Dit gebied
heet niet voor niets het Verdronken Land van
Reimerswaal. Aquacultures van oesters en
mosselen kwamen in de plaats van landbouw-
produkten. Ook hier geldt: nieuwe randvoor
waarden, nieuw milieu, nieuwe mogelijk
heden.
De les die hieruit kan worden getrokken is,
dat wat de natuur ons bij ons toevallig
handelen leert ook bewust toepasbaar kan
worden gemaakt. Bied geschikte milieurand
voorwaarden en de natuur volgt spontaan.
Voor de kust van Zuidwest-Nederland ligt een
relatief ondiep gebied, dat gemeten tot de
dieptelijn van 20 m 2000 km2 groot is. In feite
is het de voortzetting van de delta van de
Rijn, de Maas en de Schelde onder water.
Door de afsluitingen zijn de stromingen in dit
gebied drastisch gewijzigd. Dit heeft grote
ecologische veranderingen tot gevolg. De
bodem komt relatief snel omhoog. Er
ontstaan zandbanken. In het rustige deel
achter deze zandbanken sedimenteert slib. Zo
ontstaat hier een wadachtig gebied, dat de
potentie in zich draagt, compensatie te
bieden voor het verlies van vele honderden
km2 getijdegebieden achter de dammen.
De belangrijkste les hieruit is, dat bij water
bouwkundige werken niet alleen gekeken
moet worden naar de noodzakelijke natte
702
infrastructuur of het gebied achter het werk,
maar ook naar de effecten in gebieden
benedenstrooms.
Twintig eeuwen omgaan met water
Conditioneren betekent: randvoorwaarden
scheppen voor het leefmilieu in een natte
infrastructuur.
Het betreft dan steeds een gebied of een
systeem dat mogelijkheden heeft die tot
ontplooiing kunnen worden gebracht: door te
conditioneren wordt de inrichting met
bouwwerken en het beheer met processen
beïnvloed; daarnaast wordt ook het gedrag
van de mens beïnvloed. Dit sturen gebeurt
met behulp van een technisch en een
bestuurlijk, juridisch en organisatorisch instru
mentarium
De basisactiviteit van het conditioneren is het
compartimenteren. Hierdoor wordt een
gebied verdeeld of onderscheiden in min of
meer, en soms volledig, van elkaar
gescheiden compartimenten. Door de
compartimentering is differentiatie en
fasering per gebied mogelijk. De scheiding
kan van natuurlijke aard zijn, zoals bij een
waterscheiding, of van kunstmatige: denk aan
een dijk.
Door allerlei stofstromen en uitwisselingspro
cessen staan de compartimenten met elkaar
in verbinding. Die samenhang moet worden
gehonoreerd. Door de samenhang ontstaat er
een hiërarchie in, met hoofd- en subsys
temen, die op zich en in hun onderlinge
samenhang beheersbaar zijn.
De basis voor de toekomst van een systeem
wordt gelegd door principiële keuzes inzake
de aard van het systeem: wel of geen getij;
zout of zoet water.
De veranderingsprocessen die het gevolg zijn
van deze keuze moeten systematisch worden
begeleid. De sturingsinstrumenten moeten dit
mogelijk maken.
Bij geleide veranderingen moet de ecolo
gische kennis systematisch worden
toegepast. Dit proces van geleide ecologie is
een gestuurde vorm van ecosysteembeheer.
Aangezien niet alle reacties van het
ecosysteem voorspelbaar zijn, moet dit
pragmatisch gebeuren door de strategie te
kiezen van een zich aan de ontwikkelingen en
omstandigheden aanpassend milieubeheer.
De ervaringen opgedaan met de begeleiding
van de transformatieprocessen die door de
grote waterbouwkundige werken van deze
eeuw werden veroorzaakt, hebben ertoe
geleid, dat de hoofddoelstelling van het
waterhuishoudkundig beleid evolueerde.