MEDEDELINGENBLAADJE "HET MUI! P J_E". van de Vogelbeschermingswacht Nest Zeeuws-Vlaanderen. Januari 1971- Bestuur: Voorzitter: J.L. van Leeuwen, Vlissingenj secretariat vacant5 penningmeester: vacant; leden: R. Abrahamse, Oostburg; L.I. Basting, Retranchementj G. van den Driest, Oostburg; C. Riemslag, Biervliet, giro-rekening 13 7 8787 t.n.v. Vogelwacht, Oostburg. Bestuursmededelingen aan de leden. Het is zeer lang geleden dat een uitgave van HET DÏÏUMPJE is verschenen. Het laatste mededelingenblaadje kwam uit in mei 1968, 12e jaargang, no. 1. In dit laatste nummer is de voorzitter uitvoerig ingegaan op de problemen het bestuur goed te laten functioneren. Uiteengezet werd dat de secretaris, de heer H. Enkelaar, zijn functie vermoedelijk niet meer zou kunnen voortzetten, hoewel hij dit pas defi nitief zou mededelen in het najaar van 1968. De functie van penningmeester was toen reeds onvervuld door het neerleggen van dit werk door de heer J. Hoogesteger. Het bovengenoemde bestuur is toen bijeengekomen en heeft zich beraden. Besloten werd aan de heer Bnkelaar te vragen zijn opvattingen schriftelijk uiteen te zetten over een door hem voorgestane wijziging van de statuten van de Vogelbeschermingswacht Dit geschiedde met een schrijven van 19 september 1968. De brief werd beantwoord op 12 oktober 1968 met de mededeling dat de heer Enkelaar door zeer drukke werkzaamheden geen tijd meer beschikbaar had om enig werk voor de Vogelbeschermingswacht te ver richten. Het bestuur is toen in vergadering aan de hand van dc ledenlijst gaan zoeken naar na men van mogelijke candidaten voor de vacant gekomen functies van secretaris on van penningmeesterDe bestuursleden zelf waren daartoe niet in staat, ons jongste be stuurslid wegens studieredenen, de anderen wegens reeds drukke werkzaamheden of leef tijd. De voorzitter heeft voor penningmeester tenminste een drietal leden serieus be naderd, met huisbezoek of per brief. Dit leverde geen resultaat op. Het bestuur kwam opnieuw bijeen. ..ederom werd de ledenlijst geraadpleegd, mededelingen uitgewisseld van bestuursleden die ook leden voor deze functies hadden gevraagd, echter met geen voldoende resultaat. Er werden intussen nog enkele excursies georganiseerd, naar het verdronken land van Saeftinge, naar de PLAATE en tenslotte naar het krekengobied rond St. Margriete. Bij de laatste wandeling waren slechts 7 deelnemers aanwezig. De activiteiten van de Vogelbeschermingswacht werden door de leken-leden (d.w.z. de niet-vogelkenners) 't meest gewaardeerd voor de excursies en voorlichtingsavonden. De deelneming er aan was in 't algemeen vrij groot. Voor de vogelkenners waren deze uitstapjes echter wel eens moeilijk te verwerken. De deelnemers namen bij wandelin gen in natuurgebieden meermalen de gelegenheid om zich van de bijeenbehorende groep vrij ver to verwijderen. Zij liepen daardoor veelal naar plaatsen toe waar het vogel- broed verstoord dreigde te geraken, of waar eieren stukgetrapt konden worden, enz Het bleek lastig om de deelnemers ondanks afspraak goed bij elkaar te houden. Bij ex cursies in natuurgebieden, waartoe de toegang soms met enige moeite werd verkregen onder beloften geen schade aan te brengen, geraakten de vogelkennersleiding ontstemd. Met het houden van dergelijke uitstapjes werd daarom meer voorzichtigheid betracht, en ze moesten worden beperkt. Eet aantal deelnemers werd ook te groot. Bij een rond leiding door de Braakman op een heel vroege zondagmorgen met aanvangsuur 6 uur kwamen soms 50 personen op. Dit is teveel. Voorlichtingsavonden worden te duur. De reiskosten, sprekersgeld, eventuele vergoe dingen, zaalhuur, e.d. lopen tegenwoordig gauw op. Het risico van een slechte opkomst is bij deze uitgaven vrij groot tegenwoordig door de invloed van de T.V. bijv.

Tijdschriftenbank Zeeland

't Duumpje | 1971 | | pagina 1