- 8 -
Verslag £lld.fc ^anaefi x:i eet ::ccu.:s
vlaanueren winter-selzoen 1975-1976
Kietgans (Anser i'aoali s roisrcusj
Op 23-11-/5 weraen ae eerste rietganzen gezien
in de Stoute poj.aer nabj üroece, 2 ex. in een
groep van bü kolganzen, rouragerend op aardappel
land.
up hetzelfde perceel zitten op 6-12-/5 een 120-tar
rietganzen.
Tyaens een ochton^trektclling vanaf de d/U bj
:o ebfi nerden op 13-12-75 reeds 357 ex getelc
Tijdens een telling m het oinnenlond, op de fou-
rageergcoieien dus, werden op 16-12-75 in totaal
878 riettonzen geteld. Deze telling vond pla:ts in
de volgen e polders: Oranjepolder - IJzcnSjjke,
Iïoofr,plaat.:epolder - noofaplaat, Gistelare, older -
Sreckens, «erarc tie Kooropolder - uroeae en de
iroostpolder - C-roede.
ja een constant aantal in de 2e november decaoe,
("atTrfcuü ""arieerden tu sen 8 900 ex.) vallen
d f rmfYta'n mi in bet begin van de 3® decade tot
minder dan de helft terug. B\) een totael telling
in het binnenland kon ik op 26-12-75 slechts tot
380 riet ganzen. Daarna treed een vlug herstel
op. In het binnenland werden op 30-12-75 9/9
rietganzen geteld, tevens het wintermaximum.
Zeer geleidelik zakken de aantallen, van 730
op 7_i_7£>f 592 op 12-1-76 naar 190 op 18-1-76.
De zeer hoge temperaturen kunnen natuurlijk oebet
zyn aan de wegtrek van de rietganzen. nefc voedsel-
aanboa is dan nog boed te noemen; wel zijn de
terreinen rond wroeue vrijwel kaal gevreten en ia
net niet verwonderlijk dat grote groepen riet
ganzen op andere plaatsen dan normaal neerstrijken.
Zoals de Oude PassageUiepolder, ton zuiden van
Jaterlandkerkje en ae kleine Oudemanr.polder ten
westen van IJzendïjke en de Diomedepolder tussen
Oostburg en Sluis.
Bij het naderen van de vorstgrens lopen de aantal
len riet ganzen mei op en op 23-1-76 zijn er weer
bbiJ rietganzen in W-Z.V1,
Op dinsdag 27 januari slaat de vorst echt goed
toe met temperaturen van -9 graden C. Vanaf deze
dag komen veel waarnemingen binnen van heen en
weer trek tussen het gebied rond Het Zwin en De
Hoge Platen; beide gebieden ziln slaapplaats voor de
VM tïaenl, !!?2rd HaV6n is waargenomen
troepen riet ganzen, die in west el ike richting
logen op 29-1-76 om 2d.15 uur en op 1-2-76 ora
18.,0 uur (;-:ed. 3 de ul).
De aantallen riet ganzen aie in oe Z'.,lnpoldcrc (B)
on^f£ee^tn aJn toe-onontn. dit grnzengebied
ontwikkelt zich r.e laatste jaren tot een apart
overvinteringe gebied set eigen sliuvplartc in
d tc ivln.
.n-:rcch ,.nl*jk zitten aile rietganzen uit "est
beeuv.s Vlaanderen rond deze t :d in de Srln-olacrr-
SS i hebied. Guido lurggraeve telt öv
£0-l-/b 750 lietganzen, grotendeels fouragertnd
o oS DCZe Eitu^ie iuurt nier leng, want
3ö-I-7o morsen we*r oOO rietganzen gezien
in est Zeeuvs Vlaanderen.
De oorzaak van deze uitwisseling moet waarechiniijk
gezocht worden in het beschikbaar zjjn van grote
oppprvlaktes grasland, en misschien ook de korte
afstand tot de slaapplaats (b^j lagere teoperaturen
16 het energie ferbruik groter).
De rletganzen gingen b-j het intreden van de vorst
aireat op de grslanden of graszaad percelen fou-
rageren, terwijl voordien volledig op wintertarwe
geioursgeerd werd. In bevroren toestand verliest
tarwe veel vocht en krimpt in eéfc tot een schriel
plantje, dat nauwelijks te zien is. De achterge
bleven aardappelen worden zo hard als steen,
zodat deze ook niet meer geschikt zjjn voor de
ganzen om als voedsel te dienen.
Zodoende worden de ganzen gedwongen de graslanden