Xi; ;S.Ri»JSS'U;S";.32is; !e»otii:lr'^taio.;'ekeSl2S2ln'!s kaa worcH 'liot b00,:,S2"a is 4 ha appelboom, spil- o^Aaf11S4s°h0m!,po!>uller *«tkanï so zwarte els ^-..iddeld zjjn er dus 5 nesten van kneu ties n#>* ha i Ï°m!m mnti^ gespoten met onkruid- en in sekt en bestrijd inns middelen en middelen teger. sehu-'t en meeldauw. Er vindt 1 keer een befpuuS^aaV^ tegen onkruid met wedasel or ami trol (beiden glf-T !bf> voorjaar. <»loi tf- lm' want dan biggen er voel amels onde" de bi t men en zouden merels, kramsvogels, kopïJrt^ J ®Preeuv;eg er het slachtoffer van kunnen wordend -egen s?bui'ft wordt gespoten met dedlne (Veer jen t.H.t.d. (ook geen gif) op -older! «elicit Oo< wordt net etymaeul teren* schurft en meeldauw _.e spogen (g-en ri pa droog weer wordt er r<*«- j tegen schurft gespoten. CT r-ft~ Insecten bestradJn-j voor do bloei wordt ultrae** m i r«egan wan toon «n voor J aars ui> f-brii iM;~ 1 3<? bladroller Jordt 1 ic^r!5t dennMS?ee^' Gaspoten. luie wordt Vatre spint" («»«ne»o» Iteht jJrtiw, .loodt alleen Jr^ten, ,at icon t minder en de natuurlijke v"a ,dpn j krijgen kans orr te heipen. - I De plaats vun de nesten. J Van de kneu kregen we'de i-.druk, dat de meeste nesten ir. do harttak (het plengde VfW de sta.:., lT. gs de steunpaal) zaten, zo hóóg ro 'e" ijk, on.- laveer twee «eter w« de C*rond, .m^r wol tus- sen u5 bladeren dat se aoeiHJk te zier: waren, i Cngeveer ©en derde zat lager, 1 r.:ater tot 1 5C boven de grond. we troffen ze aan ir. goddon &c- j icieus, cox er. wins ton; in ja»;: es grieves eh -oud reiuetten niet. Klsscbiea omdat deze tonen binder dicht vertaxtzijn. De groenlinken hebben zeer waarschijnlijk meer hun nest in het windscherm er dan meestal hoger" dan i cnfetoi Hoewel we 1 nest uset een £*ro©nltn£ er W tW.' rmL li op vonden op ongeveer 2 meter hoogte in de gol den delicieus (tegen de harttak), h'e vonden op de grondsteger. Inveek, een ne3tje var. dor gras genaakt. Op het eerste gezicht leek het op een muizennest. De Ingang was opzij, aan de noord-oost kant. Er lag niets in. Van binnen was het bekleed met wat veertjes. Waarschijnlijk het nest van een fitis, want dit komt overeen met wat Dr. J.P.ühijsse schrijft in Het Vogeljaar op blz. 177. van ft 'A'esteinde. Velduil Deze uil is aan de onderz.jde licht met bruine lengtestrepen, heeft korte oorpluii.io j©8 naar deze zgr. meestal niet zichtbaar. Ogen zi,n geel. he velduil is wat pionper dan de ransuil. Jaagt zowel overdag als 's nachts op muizen, ratten, mussen e.d. hese uil zit nooit in bonen naar op paaltjes en liever nog in ruige dijk- begroeiïng of ruige weilanden met hoog gras.

Tijdschriftenbank Zeeland

't Duumpje | 1976 | | pagina 15